Google probeert zijn steentje bij te dragen aan het bestrijden van het Zika-virus, dat de laatste maanden is uitgebroken in grote delen van de wereld. De ziekte wordt verspreid door muggen en een groot deel van de mensen die besmet zijn, merkt daar in eerste instantie helemaal niets van. Google probeert te helpen in de informatievoorziening over de ziekte, omdat veel mensen de zoekmachine gebruiken om op zoek te gaan naar informatie, maar om in kaart te brengen waar de ziekte uitbreekt.
Het meest zichtbare wat Google heeft gedaan is duidelijke informatie over het Zika-virus, door de symptomen en mogelijke behandelingen opnemen in de zoekresultaten in 18 verschillende talen. Hiermee richt de zoekmachine zich direct op de landen waarin mensen risico lopen. Ze zagen namelijk dat er sinds november een stijging van 3000 procent was van zoekopdrachten naar het Zika-virus.
In Zuid-Amerika is Google daarnaast gaan inzetten op informatievoorziening via YouTube. Hiervoor werkt het bedrijf samen met de makers van YouTube-video’s, zoals Sesamstraat.
Minder zichtbaar, maar misschien nog wel veel interessanter, is dat Google samen met Unicef de ziekte beter in kaart probeert te brengen en ook probeert te kijken waar de ziekte op het punt van uitbreken staat. Dit doen datawetenschappers door de analyse van data over de ziekte zelf, maar ook die van reisbewegingen van mensen en het weer. De bedoeling is om dit uiteindelijk beschikbaar te maken als een open source-platform.
Tot slot steunt Google de strijd tegen het Zika-virus ook met geld. Unicef krijgt 1 miljoen dollar van het techbedrijf.
