Google’s Eric Schmidt is een prominente voorstander van onderzoek naar en het investeren in de mogelijkheden van kunstmatige intelligentie, maar waarschuwt voor de gevaren en stelt drie belangrijke principes voor voor het ontwikkelen van kunstmatige intelligentie.
Schmidt is bestuursvoorzitter van Google’s Alphabet en is betrokken bij Google’s zelfrijdende auto en zelflerende alogritmes. Waar hij eerder als een grote voorstander naar buiten trad, laat hij volgens The Verge nu in het Time Magazine weten dat kunstmatige intelligentie veel mogelijkheden heeft, maar waarschuwt dat het wel de juiste benadering nodig heeft.
Volgens Schmidt worden er momenteel hulpmiddelen ontwikkeld die de waarden van degene die een systeem bouwt reflecteren. Hij stelt dat er daarom drie gouden principes zijn die ontwikkelaars van kunstmatige intelligentie in de gaten moeten houden.
3 gouden principes
Zo moet kunstmatige intelligentie voordelen hebben grote groepen mensen moet hebben en altijd gecreëerd moet worden vanuit het algemeen belang. Daarnaast moeten de ontwikkelingen omtrent kunstmatige intelligentie open, verantwoordelijk en maatschappelijk betrokken zijn.
Het derde principe moet ervoor zorgen dat ongewenste resultaten worden vermeden. Velen zijn bang dat kunstmatige intelligentie uiteindelijk een zelfstandig leven gaat leiden en gevaar kan opleveren voor mensen. Schmidt wijst erop dat veel van deze zorgen waarschijnlijk niet nodig zijn, maar ziet wel graag verificatiesystemen om te verzekeren dat “kunstmatige intelligentie gaat doen waar het voor gebouwd is”.
Schmidt laat weten dat het geven van keuzemogelijkheden over hoe je jouw leven wil leiden één van de dromen van kunstmatige intelligentie is:
Onder onze controle, kan de sleur van werken worden verbroken en komen er meer uren vrij voor creatieve bezigheden. Daarnaast kan kunstmatige intelligentie helpen met het oplossen van ’s werelds meest complexe problemen.