Numrush

Grand Prix van Mexico: Wordt het weer ‘Maxico’?

Weten we het nog? Natuurlijk weten we het nog.

Mexico 2017, Max Verstappen geeft raceles. Getergd door de diskwalificatie een week eerder in Amerika, getergd door Vettel die hem op zaterdagmiddag op het nippertje zijn eerste pole-position afsnoept, misschien nog wel getergd door de gebeurtenissen in Mexico een jaar eerder, is Max erop gebrand deze race naar zijn hand te zetten.

En dat doet hij. Meteen na de start razen ze driedubbeldik op de eerste bocht af: Vettel, Max en Hamilton. Voor Vettel en Hamilton staat de titel nog op het spel.

Max weet dat en slaat onmiddellijk toe:

Daarna domineert hij de race zoals hij in het karten al zo vaak heeft gedaan. Hij wint en Mexico wordt Maxico. Een makkie, lacht hij na afloop. Een beetje op de banden letten, meer hoefde hij eigenlijk niet te doen.

Leerjaar

Die soevereine zege en Max’ topvorm aan het eind van vorig seizoen deden mij vermoeden dat Max in 2018 zomaar eens mee zou kunnen doen om de wereldtitel.

En ik was heus niet de enige die dat dacht. Het deed mij onder meer besluiten om mijn boek MaxMania te schrijven. De weg naar de top was immers bijna voltooid!

Maar dicht bij de top worden de wegen smaller, de weerstand sterker. En zo werd 2018 een bikkelhard leerjaar voor Max. Volgens zijn teambaas Christian Horner is Max echter sterker uit de tegenvallende seizoensstart gekomen. Ook Ross Brawn, Sport- en technisch directeur van de Formule 1, merkt op dat Max volwassener is geworden. De overcompensatie bij tegenslag is verdwenen, volgens Brawn.

In Amerika schakelde Max, ondanks de tegenvallende kwalificatie, vloeiend tussen de aanvalsmodus in de eerste ronden, het sparen van de banden daarna en het verdedigen tegenover Hamilton in de slotfase. “Kampioenwaardig,” aldus Brawn. Ross Brawn was ook het brein achter alle successen van Michael Schumacher, dus als hij het zegt…

Ach ja, dat duel van afgelopen zondag, tussen de twee beste racers van dit moment… Willen we dat nog een keer zien? Ja hè?

Megalomaan

Sinds de zomer is Max bezig aan een indrukwekkende reeks. Dus wordt Mexico weer net zo Maxico als vorig jaar? Het zou zomaar kunnen. Het Autódromo Hermanos Rodríguez in Mexico City ligt zowel Max als zijn auto goed.

Het circuit ligt op grote hoogte (2240 m) waardoor de lucht veel dunner is en de twee topteams hun extra motorvermogen niet kunnen aanspreken. Dat geeft Red Bull meer kans, aldus Horner. Bovendien is het een echte racebaan met snelle passages en bochten waar je goed kunt aanvallen.

Met name in de bochtencombinatie 1-2-3 meteen na het rechte eind met DRS kunnen we weer veel actie verwachten. Maar ook bocht 4-5 (opnieuw met DRS) leent zich voor inhaalacties. Scheuren en aanvallen, een circuit voor Max. Al is dat ene, hele lange rechte stuk natuurlijk niet zo prettig voor de Renault-motor die gewoon te veel pk’s tekort komt.

Ferrari en Mercedes zijn Red Bull duidelijk vooruit, maar de titelrace is nog niet helemaal beslist en áls Max een kans heeft om nog een race te winnen, dan is het hier…

Bijzonder is ook het stadiongedeelte. Er is daar plaats voor 50.000 toeschouwers. De race krijgt er een heroïsch en megalomaan karakter, precies waar Formule 1-eigenaar Liberty Global zo naar snakt.

Onvergelijkbaar

Mexico verscheen voor het eerst op de Formule 1-kalender in de jaren zestig, toen de legendarische broers Rodríguez hun land op de autosportkaart zetten.

Midden in Mexico City lag het Magdalena Mixhuca circuit, dat ook de basis vormt voor het huidige circuit. Het decor was destijds wel even iets anders. Zie hieronder hoe dicht de mensen op de baan zitten in 1967.

De politie moest ze soms zelfs van de rand van het asfalt wegslaan.

De race in 1967 was ook beslissend voor de wereldtitel. De consistente Nieuw-Zeelandse brombeer Denny Hulme werd kampioen, ondanks dat de race gewonnen werd door Jim Clark. De superieure Ford Cosworth V8 motor achterin Clarks Lotus was te laat klaar geweest voor de titel van 1967.

De kans dat je verongelukte was destijds twee op drie Niemand echter twijfelde eraan dat Clark in 1968 zijn derde wereldtitel ging veroveren. Maar ziedaar waarom kampioenen van nu onvergelijkbaar zijn met kampioenen van toen: voor ze destijds toe kwamen aan een tweede of derde titel had de dood ze te pakken. Clark verongelukte in april 1968 tijdens een Formule 2-race op Hockenheim.

“De kans dat je verongelukte was destijds twee op drie,” vertelde Jackie Stewart mij eens. Voor ons is dat nu onvoorstelbaar, maar destijds was de racerij een bizarre, wrede sport.

Na 1970 verdween Mexico van de Formule 1-kalender, om zestien jaar later weer terug te keren. En meteen was het spektakel. In 1986 waren bandenwissels niet verplicht, maar kwamen ze wel veel voor.

In Mexico verraste supertalent Gerhard Berger iedereen door met zijn Benetton zonder pitstop door te rijden naar de zege. Zijn eerste en de eerste voor Benetton, dat later furore zou maken met Michael Schumacher.

De laatste race in die reeks werd gehouden in 1992. Opnieuw verdween Mexico van de kalender om pas in 2015 weer terug te keren.

Het jaar 1992 was het jaar van Nigel Mansell, die met een superieure Williams-Renault iedereen op grote afstand reed. Mansell, de stoemper, had al heel wat titels door zijn vingers laten glippen, dit keer echter kon het niet misgaan.

Mansell zou Mansell niet zijn als dat niet toch met verschrikkelijke pijn en moeite gebeurd zou zijn. Ook in Mexico. Zie het slot van de volgende clip.

Het circuit, met zijn vele hobbels en de levensgevaarlijk 180 graden Peraltada-bocht, was ook echt een helse baan. Kijk zelf maar. En zie ook hoe Michael Schumacher zijn eerste Formule 1-podium scoort:

Gaatjes

Ook Schumacher stond niet meteen op het hoogste treetje na zijn entree in de Formule 1. Iedereen in de koningsklasse heeft zijn leerjaren nodig. Tegenslagen. Zelfs Hamilton heeft zijn moeilijke jaren gehad. In alle euforie om zijn vijfde titel wordt dat gemakkelijk vergeten.

Tussen 2009 en 2013 was Hamilton een heel lastig mannetje dat totaal niet tegen zijn verlies kon, overal over klaagde (behalve over zichzelf) en in vervelende affaires terecht kwam. Met zijn vijf wereldtitels komt Hamilton nu op gelijke hoogte met racelegende Juan Manuel Fangio.

Al blijven kampioenen van toen en nu onvergelijkbaar, kijk maar:

De statistieken zeggen eigenlijk steeds minder. Want in deze eeuw kun je, wanneer je als topcoureur op het juiste moment bij het beste team zit, zomaar vier of vijf maal achter elkaar kampioen worden.

Schumacher (Ferrari), Vettel (Red Bull), Hamilton (McLaren/Mercedes) zijn samen goed voor veertien van de negentien titels deze eeuw (2000 meegerekend).

De techniek neemt meer en meer de overhand.

Wat daar dan wel weer leuk aan is, is dat het kampioenschap dit jaar (mede) beslist lijkt door een paar gaatjes. Heerlijk.

De statistieken zeggen eigenlijk steeds minder Auto’s die miljoen kosten, alleen al aan Research and Development, met de meest complexe energy-recovery-systems, met ondoorgrondelijke elektronica, cfd-calculaties en peperdure windtunnel-uren, die auto’s worden winnaars door gewoon wat andere gaatjes in de velgen te boren. Ongelofelijk.

Ik zeg het wat simpel, maar het lijkt erop dat Mercedes door kleine veranderingen aan de remtrommel en de velgen de temperatuur van de banden beter kon managen. Schubben en gaatjes. De hete lucht wordt op die manier efficiënter uit de wielen weggewerkt.

Mercedes gebruikt dit systeem sinds de race in Singapore en zie daar: drie dominante zeges op rij en Ferrari op de knieën. Het werkt. Natuurlijk (dat is ook Formule 1) liet Ferrari de velgen meteen onderzoeken: was dit wel volgens de regels? Volgens de FIA wel.

Toch zette Mercedes voorzichtigheidshalve het nieuwe gaatjessysteem in Amerika maar niet op de wielen en prompt kreeg Lewis last van blaren op de banden. Maar de titel is intussen op een haar na binnen.

Dit weekend gaat het gebeuren, in Mexico.

Fotografie: Wikipedia, Red Bull Content Pool/ Clive Mason/Mark Thompson/Getty Images, stadion via Eneas/Flickr [CC2.0]
Foto Ross Brawn: Jaggat Rashidi / Shutterstock.com
Gifs via Giphy.
Vector van circuit: [CC BY-SA 3.0/GFDL] via Wikimedia Commons