Grand Prix van Brazilië: Gaat Max weer schitteren op Interlagos?
Koen Vergeer
Het momentum. Het ligt nu bij Max. Zijn imposante zege in Mexico was een voorbode van wat we nog veel vaker zullen gaan zien, misschien komende zondag al in Brazilië op het circuit van Interlagos.
Red Bull en Renault hebben dit najaar progressie gemaakt, zeker, maar het is nu toch vooral Max die het team op sleeptouw heeft. Volgens Ron Dennis, de teambaas die ooit McLaren groot maakte, is een goede coureur altijd de goedkoopste manier om een auto sneller te maken. Ik weet zeker dat Red Bull voor Max geen cent te veel betaald heeft.
Op Interlagos reed Max al twee keer eerder een geweldige wedstrijd, met als hoogtepunt die legendarische regenrace van vorig jaar – dus ga er maar eens lekker voor zitten!
Formule 1 in Brazilië is Ayrton Senna. Ook al is hij meer dan twintig jaar geleden verongelukt, het is en blijft Senna. In Brazilië is hij een heilige. Als je verder kijkt is de Formule 1 in Brazilië eigenlijk het verhaal van drie individuen, drie grote kampioenen: Emerson Fittipaldi, Nelson Piquet en Ayrton Senna, maar van deze drie toch het meest Senna. De andere twee waren zijn voorlopers.
Fittipaldi
In de jaren vijftig doken er incidenteel wel eens Braziliaanse coureurs op bij een Grand Prix, zoals Chico Landi met zijn Escuderia Bandeirantes. Het begint pas echt als Emerson Fittipaldi in 1969 de grote oversteek naar Europa waagt. Naar racemekka Engeland.
Het is echt pionieren. Want in Engeland is het koud en regenachtig, het eten is vies, Fittipaldi spreekt tien woorden Engels en zijn budget is net genoeg voor een Formule Ford en een paar maanden bed&breakfast. In zijn eerste race (op Zandvoort!) rijdt hij lang aan de leiding, zijn tweede race wint hij. Fabrieksteams staan voor hem in de rij.
In de zomer van 1970 maakt hij zijn Formule 1-debuut bij Lotus. Zijn vierde Grand Prix wint hij. Het is een bitterzoete overwinning, want door deze zege stelt hij het kampioenschap van zijn verongelukte teamgenoot Jochen Rindt veilig. Twee jaar later wordt Fittipaldi zelf wereldkampioen, in de befaamde goudzwarte John Player Special Lotus 72.
Fittipaldi is dan 25 jaar en op dat moment de jongste wereldkampioen ooit. Een record dat pas 33 (!) jaar later wordt verbroken, door Fernando Alonso. Met zo’n Braziliaanse raceheld werd het natuurlijk ook tijd voor een Braziliaanse Grand Prix. Waar kennen we dat van?
Omdat Fittipaldi uit São Paulo kwam, viel de keus op Interlagos. In 1972 telde de race nog niet mee voor het kampioenschap, in 1973 verscheen hij op de officiële kalender. Fittipaldi won. Het droomscenario.
Kijk hoe gemoedelijk het er nog aan toe gaat. Hoe leeg het rondom de baan is. Zie ook hoe de brandweer de mensen op de tribunes nat spuit.
De race vond meestal plaats in de Zuid-Amerikaanse zomer, januari, begin februari. Bij ons was het dan nog hartje winter, en je had geluk als je de uitslag van die race ergens terugvond in de krant. De race in Nederland op televisie? Een samenvatting desnoods? Bestond niet. Zodra het Europese seizoen begon, in mei, druppelden de eerste berichten door en las je vanzelf ergens wie die race in Brazilië had gewonnen. Onvoorstelbaar inmiddels.
Fittipaldi werd nog een keer kampioen in 1974. Daarna stapte hij over naar Copersucar, het Braziliaanse race-team van zijn broer Wilson. Het werd een faliekante mislukking. In de jaren tachtig beleefde Fittipaldi nog een tweede carrière in Amerika. Hij werd Indycar-kampioen en won tweemaal de Indy 500.
Piquet
Fittipaldi had het pad naar Europa geëffend: jaarlijks stroomden er nu snelle en rijke Brazilianen naar de Engelse juniorcategorieën. Fittipaldi’s echte opvolger was Nelson Piquet. Driemaal werd hij wereldkampioen in het turbotijdperk.
Piquet afficheerde zich graag als de luie playboy-racer, zeker toen hij in een meedogenloze strijd verwikkeld raakte met zijn tegenpool, de ploeterende volksjongen Nigel Mansell. Piquet was afkomstig uit Rio de Janeiro, dus moest de Grand Prix nu maar eens in Rio plaatsvinden (het Amsterdam-Rotterdam-effect).
Vanaf 1980 werd er geracet op het circuit van Jacarepaguá. Een hels circuit, met supersnelle bochten en vooral verschrikkelijk veel hobbels. In de kokende cockpits van hun stijf afgeveerde turboraketten werden de coureurs flink door elkaar gerammeld en duizelig. In sommige bochten zagen ze alles driedubbel en moesten ze puur op gevoel insturen…
In 1982 won Piquet de race voor eigen publiek. Het droomscenario. Maar op het podium stortte hij in elkaar.
Senna
Met de opkomst van Ayrton Senna, een Paulista, verhuisde de Grand Prix weer terug naar Interlagos. Het circuit dat oorspronkelijk een ruim zeven kilometer lang kronkellabyrint was, werd drastisch ingekort en omgedoopt tot het Autódromo José Carlos Pace. Carlos Pace was een Formule 1-coureur uit de tijd van Fittipaldi, omgekomen bij een vliegtuigongeluk in 1977, en natuurlijk een Paulista.
Senna werd de held van heel Brazilië. Maar het duurde lang voordat hij eindelijk voor eigen publiek won. Terwijl zijn aartsrivaal Prost zesmaal wist te winnen in het hol van de leeuw, moest Senna tot 1991 wachten voor het hem lukte. Een zwaar bevochten zege, want in de slotfase beschikte Senna alleen nog over de zesde versnelling, wat in de langzame bochten grote problemen gaf.
Eenmaal over de finish was hij zo verkrampt dat hij uit de wagen getild moest worden. Maar wat een feest! Gaat het er zo uitzien wanneer Max in 2022 de Grand Prix van Nederland wint?
Na Senna kon het alleen maar minder worden. Rubens Barrichello en Felipe Massa zijn succesvolle coureurs, samen goed voor achttien Grand Prix-zeges, maar ze kregen nooit de allure van Senna… Onmogelijk. Ze werden beide gedwongen tweede viool te spelen bij Ferrari, en hebben zich daar misschien ook te braaf naar geschikt.
Nu Massa werkelijk aan het eind van zijn uitdovende Formule 1-carrière is gekomen, zou er zomaar, voor het eerst sinds Fittipaldi, geen Braziliaan in de Formule 1 kunnen rijden! De Grand Prix loopt vooralsnog geen gevaar, die is er tot 2022.
Drama
Stond de Grand Prix eerst aan het begin van het seizoen geprogrammeerd, sinds 2004 zit de race altijd ergens aan het einde. Diverse dramatische ontknopingen vonden daarom plaats op Interlagos.
Zoals in 2007, toen Kimi Räikkönen in de laatste race de titel voor de neus van een blunderende Hamilton wegkaapte. Sindsdien heeft Ferrari geen kampioen meer geleverd. Tien jaar alweer…
Want een jaar later leek Ferrari-coureur Massa in een bloedstollende, verregende slotfase de titel te pakken, tot Lewis Hamilton in zo’n beetje de allerlaatste bocht van het seizoen Timo Glock passeerde en met een vijfde plaats Massa net één punt voorbleef. De meest dramatische seizoensfinale ooit.
High
Het kan flink hozen in oktober in Brazilië. In 2012 stelde ook Sebastian Vettel zijn titel maar net veilig in een sensationele regenrace. Hij ging al in de vierde bocht van de race midden in het veld achterstevoren en had alle geluk dat hij door niemand geraakt werd, anders was het game over geweest.
Maar de regenrace die niemand meer vergeet is die van vorig jaar. Het was de race waarin Max Verstappen zijn buitensporig talent voor het eerst tot volle ontplooiing liet komen. Eerst passeerde hij de veel snellere Rosberg buitenom in de Senna-S. Meteen daarna was er die miraculeuze save, toen de auto bij het opkomen van het rechte stuk weggleed en Max hem, uiterst cool, nèt uit de vangrail wist te houden.
Een extra pitstop in een safety car-fase wierp hem terug naar plaats zestien, maar vanaf daar begon hij door het veld te snijden, alsof alleen hij op regenbanden reed. Wie heeft hij in die laatste vijftien ronden niet ingehaald? Bottas, Ricciardo, Kvyat, Ocon, Hülkenberg, Vettel, Sainz, Pérez: de een na de ander werd te kijk gezet.
Max gebruikte stukken circuit, waar al die ervaren racers in dit weer niet eens meer aan durfden te denken. Max definieerde het begrip grip opnieuw. Ik heb zelden zo’n meeslepende race gezien. Een dag later was ik er nog high van. Onversneden racehistorie. Kijk en geniet
Komende zondag weer? De race in Brazilië is niet zelden een tumultueuze, alles is mogelijk, zeker als het weer zo giet als vorig jaar.