De helft van de zaken die voor de rechter verschijnt draait binnen vijf jaar over online criminaliteit. Dat stelt Bart Jacobs, professor digitale veiligheid bij de Radboud Universiteit in Nijmegen, tegenover De Gelderlander. Bij online criminaliteit moet je niet alleen denken aan bijvoorbeeld diefstal via internetbankieren, maar ook aan tentamenfraude.
Justitie zegt de voorspelling van Jacobs te onderschrijven. In het afgelopen jaar pakte het Openbaar Ministerie immers al 45 internetmisdaden op in het oosten van Nederland. Volgens hoofdofficier John Lucas ging het daarbij om DDoS-aanvallen en hacken.
En in het geval van cybercrime heb je een andere aanpak nodig dan bij reguliere misdaad. Waar je bij een schietpartij of een overval echt alleen binnen Nederland – en waarschijnlijk alleen binnen de regio – naar de dader hoeft te zoeken, kan die bij online criminaliteit overal ter wereld zitten. Iemand kan hier op zijn zolderkamertje via een server in Afghanistan iemand in Zuid-Amerika afpersen, om maar wat te noemen. En dan werkt de traditionele aanpak niet meer.
Richtlijnen
Eerder deze maand werden er dan ook nieuwe richtlijnen ingesteld voor de officieren van Justitie. Daarmee moet het eenvoudiger worden om een straf te bepalen voor bijvoorbeeld een DDoS-aanval of diefstal via internetbankieren. Van die richtlijn mag overigens afgeweken worden.