Numrush

Makers Pokémon Go willen met augmented reality de stad nieuw leven inblazen

Kan augmented reality een rol spelen bij het inblazen van nieuw leven in een stedelijke omgeving? Niantic, de makers van Pokémon Go, en investeerders van de Knight Foundation denken van wel. In een gesprek op het podium van SXSW wordt echter ook duidelijk dat er genoeg uitdagingen liggen om dat succesvol te doen.

Voor beiden partijen geldt dat zij een stevige staat van dienst hebben binnen hun eigen vakgebied. John Hanke, de oprichter en directeur van Niantic, wist het afgelopen jaar miljoenen kinderen (en ouders) weer de straat op te krijgen met de augmented-reality-game Pokémon Go.

Sam Gill is al jaren verbonden aan de Knight Foundation, een investeringsfonds dat vooral geld steekt in verschillende projecten met een maatschappelijk tintje. Zo werkte het bedrijf mee aan projecten als BetterBlock, Musical Swings en 500 Plates, tijdelijke installaties waarbij een nieuwe invulling wordt gegeven aan een openbare buitenruimte. De nadruk wordt gelegd op hoe simpele ingrepen, al kan zorgen dat gebruikers van de stad zich aanpassen.

Hoewel beiden grote kansen zien voor de inzet van augmented reality voor het verbeteren van de stedelijke omgeving, is het belangrijk de beperking te kennen. Immers, augmented reality staat voor een ‘verbeterde realiteit’, het is geen compleet nieuwe omgeving. Door een enkele toevoeging, bijvoorbeeld een spelelement, kan er echter wel een nieuwe interesse worden opgeroepen voor de omgeving.  Wie daar twijfels over heeft, heeft afgelopen zomer niets meegekregen van de Pokémon-gekte op Kijkduin, bijvoorbeeld.

Zo’n ontwikkeling plaatst het werk aan openbare ruimtes in een stedelijke omgeving ook weer in een nieuw perspectief. We kunnen ons afvragen of dat werk zich meer bezighoudt met het vormgeven van ruimte dan wel het mogelijk maken van een bijeenkomst van mensen.

Toegankelijkheid

De grootste uitdaging blijft echter toegankelijkheid tot een dienst als deze. Met de huidige technologie vraagt een interactieve augmented-reality-dienst namelijk om een apparaat waarop je de app of game gebruikt en de connectie met een netwerk om informatie uit te wisselen. En dat terwijl een mobiele internetverbinding lang niet altijd overal mogelijk óf wenselijk is.

Het is in deze lagen van toegankelijkheid waar zowel Hanke als Gill de grootste uitdagingen zien. Er valt nog veel na te denken bij het vormen van het doel, de doelgroep en op welke manier welk middel daar invulling aan kan geven.