Drie jaar geleden presenteerde Mark Post ‘zijn’ eerste hamburger van kweekvlees. De hamburger, die ooit begon als een stamcel uit een koe, werd destijds aangeboden aan twee critici. Het oordeel: wat taai, maar de kweekburger komt aardig in de buurt van echt vlees.
Mark PostMark Post werkt als hoogleraar in de fysiologie aan Universiteit van Maastricht. Al sinds 2008 doet hij onderzoek naar kweekvlees. In 2013 kreeg hij internationale media-aandacht met zijn kweekburger.Afgelopen week deelde Post op de SingularityU Summit in Amsterdam zijn visie op de toekomst van voedsel. Ligt het antwoord in kweekvlees? En wat is er de afgelopen drie jaar eigenlijk veranderd? Wel, allereerst is het nu een stuk goedkoper om zo’n burger te maken. In 2013 kostte de productie van het stukje vlees nog een kwart miljoen. Vandaag zou het maken van eenzelfde kweekburger een tientje kosten. Dat is nog niet de prijs waarvoor de gemiddelde consument een burger in de supermarkt koopt, maar over een aantal jaar moet de hamburger van Post wel een commercieel interessant product zijn. Met het bedrijf Mosa Meat, een spin-off van de Universiteit van Maastricht, moet dat werkelijkheid gaan worden. Er valt hier geld te verdienen. Niet voor niets zijn er over de wereld verschillende bedrijven actief die hetzelfde met kip- en varkensvlees willen bereiken.
Maar ‘innovatief vlees’ is natuurlijk geen verkoopargument. Tot een laboratoriumhamburger daadwerkelijk kan concurreren met een echte hamburger, betoogt Post zijn visie vooral in het licht van het groeiende aantal mensen dat deze eeuw op onze planeet zal rondlopen.
De Verenigde Naties berekenden dat de wereldbevolking alleen tot al tot 2050 met meer dan 2 miljard mensen gaat toenemen. Al die mensen moeten ook eten. Daarom moet er genoeg voedsel geproduceerd worden met de beperkte middelen die we hebben. Dat gaat over de beschikbaarheid van land, maar ook over het productieproces. Vlees is milieubelastend. Willen we de aarde redden, dan moeten we met zijn allen minder vlees gaan eten, zodat er minder geproduceerd hoeft te worden.