Vooruitblikken op de Grand Prix van China: "Max weet waar hij kan inhalen"

Koen Vergeer

De GP van China is een blijvertje, de grote markt moet en zal veroverd worden. Het circuit biedt gelukkig één van de spectaculairste plaatsen om in te halen.

Bernie Ecclestone’s neus voor geld gaf hem een vooruitziende blik. Al in de jaren negentig ijverde hij voor een Grand Prix in China – de ultieme groeimarkt. In 1999 stond er zelfs heel even een Grand Prix van China op de voorlopige kalender. Het circuit van Zuhai werd echter afgekeurd door de FIA, omdat het niet aan alle eisen voldeed.

Koen VergeerKoen VergeerFormule 1 fanaat en autosport schrijver Koen Vergeer neemt je elk Grand Prix weekend mee in de roemruchte geschiedenis van de F1.Niet getreurd: binnen vijf jaar stampte China een gloednieuw circuit uit de grond, gelegen bij Shanghai. State-of-the-art. Kosten: 240 miljoen dollar, destijds het duurste circuitcomplex ever. Natuurlijk kon Abu Dhabi het in 2009 nog duurder: 6 miljard.

Couleur locale

In China legde Ecclestone’s vaste circuit-ontwerper Hermann Tilke een heerlijk circuit neer, waarbij hij ook lette op de couleur locale. Omdat men in China veel waarde hecht aan symboliek tekende Tilke het circuit (enigszins) in de vorm van het Chinese karakter ‘Shang’ – wat ‘hoogte’ of ‘opstijgen’ betekent, tevens het eerste teken van de stad Shanghai.

Twee torens flankeren de hoofdtribunes als wachters en het vele water in en rond de paddock verwijst niet alleen naar de beroemde Yuyuan tuinen van Sjanghai, maar staat ook symbool voor stilte en reflectie. Tja, het circuit werd gewoon aangelegd op een enorm diep moeras dat domweg niet is droog te leggen.

Hoe dan ook, in 2004 had China zijn Grand Prix. Bijgewoond door maar liefst 260.000 mensen. Een grandioos succes. De race werd ook nog eens gewonnen door een auto die de meeste toeschouwers waarschijnlijk wel kenden: een Ferrari. Het was echter niet de mondiale superster Michael Schumacher die de winnende auto bestuurde, maar zijn teamgenoot Rubens Barrichello. Schumacher, die tot aan China twaalf van de vijftien races gewonnen had, beleefde een moeizaam weekend.

Schumacher’s pech

Tijdens de kwalificatie-shoot-out was hij meteen in de eerste bocht van de baan gevlogen, waardoor hij moest starten vanuit de pitstraat. Tijdens de race werkte hij zich op tot plaats zes, maar een reeks incidenten, zoals een spin achter Alonso, een touché met Coulthard en een lekke band, wierp hem uiteindelijk terug tot plaats twaalf.

Een jaar later was de race in China de seizoensfinale, en opnieuw zat het Schumacher niet mee. Tijdens de opwarmronde maakte hij een wilde zigzag-beweging om zijn banden op te warmen. Christijan Albers, op volle snelheid, zag de move niet aankomen en reed de linkerkant van de Ferrari aan flarden.

Schumacher bekende achteraf dat zijn beweging wat erg abrupt was: “Ik weet niet of het duidelijk was wat ik aan het doen was, dus ik beschuldig niemand.” Albers vergaf hem: “Het was gewoon domme pech. Ik ben blij dat het Michael was die me aanreed. Je kan maar beter van je sokken gereden worden door de wereldkampioen dan door een derderangs coureur.”

Schumacher startte alsnog in de reservewagen, maar spinde in de 22e ronde, achter de safetycar, van de baan. Ook grote kampioenen maken fouten. Het was het seizoen waarin Schumacher, na vijf wereldtitels op rij, door Fernando Alonso van de troon werd gestoten. Hij was blij dat het voorbij was. In 2006 kon Schumacher dan toch eindelijk de Grand Prix van China op zijn erelijst bijschrijven. Het bleek tevens zijn laatste overwinning in de Formule 1 ooit.

Ronduit bizar was de ontknoping van de race een jaar later. Tijdens tricky omstandigheden liet McLaren Lewis Hamilton, die in zijn debuutjaar op weg leek naar de wereldtitel, erg lang doorrijden op intermediates. Bij het binnenrijden van de pits maakte hij zijn eerste echte fout van het jaar en gleed met zijn versleten banden van de baan, om in een grindbak ter grootte van een kattenbak zijn race te beëindigen. Ongeloof alom. Twee weken later in Brazilië verspeelde Hamilton de titel definitief.

Extreme passages

Het Shanghai International Circuit kent twee extreme passages. Om te beginnen is er de bijna wurgende bochtencombinatie 1-2-3-4. Twee ultralange doordraaiende bochten, naar rechts en vervolgens naar links, die bovendien steeds nauwer worden.

Zie daar maar eens met twintig brede Formule 1-auto’s schadevrij doorheen te komen. Elk jaar sneuvelen er neusvleugels, endplates en andere aerodynamische parafernalia. Vorig jaar tikten de Ferrari-teamgenoten Vettel en Räikkönen elkaar nog aan, en ook Hamilton kwam niet ongeschonden door de eerste meters.

Het tegenovergestelde is het superlange rechte stuk van 1170 meter. Daar mogen de motoren helemaal voluit blazen en gaan de auto’s ruim over de 300 per uur. Dit lekkere stukje knallen eindigt vervolgens bij een venijnige hairpin: de ideale plaats om in te halen.

Dat dacht Max Verstappen ook bij zijn eerste race in China in 2015. Hij had lang genoeg rondgekeken, vertelde hij later, en vond het tijd om eens een paar concurrenten in te halen. Sergio Pérez, Felipe Nasr en Marcus Ericsson werden één voor één voorbij gestoken.

Met name Ericsson, die als eerste aan de beurt was, schrok zich een hoedje toen hij de Toro Rosso aan de binnenkant langszij zag komen en moest hem, totaal van slag, laten lopen. Deze inhaalactie, uitgevoerd met precisie, zonder blokkerende wielen, botsing of bravoure, opende de ogen van de internationale pers: deze Dutchman zou wel eens een hele grote kunnen worden.

Minder plezier beleefde Sébastien Buemi in 2010 met zijn Toro Rosso. Bij het aanremmen van de hairpin werd nog maar eens duidelijk wat voor een enorme krachten er door zo’n Formule 1-auto heen gaan. Op het moment dat Buemi de rem in trapte om van 310 naar 70 te vertragen, knapte er spontaan iets in de voorwielophanging en sprongen beide voorbanden weg van de auto. Buemi kwam met de schrik vrij.

De Zwitser maakte uiteindelijk de sprong naar het grote Red Bull Formule 1-team niet, maar is inmiddels een gevierd coureur in het lange afstandsracen en kampioen in de Formule E.

Chinese coureurs

In 2004 lieten de trotse Chinese autoriteiten weten dat China niet alleen een Grand Prix zou gaan organiseren, maar dat er op termijn ook Chinese racers zouden meedoen en zelfs een Chinees Formule 1-team. Er is nog niet veel van terecht gekomen. Ook de Grand Prix lijkt maar moeizaam wortel te schieten. De bezoekersaantallen lopen elk jaar terug en de organisatie kampt met flinke verliezen. De race van 2017 is de laatste onder het huidige contract.

Maar de nieuwe eigenaar van de Formule 1 heeft, in weerwil van de wens om meer Grands Prix met een lange traditie op de kalender te zetten, inmiddels al een nieuw aanbod gedaan. Logisch, de grote Formule 1-sponsoren zullen hun snelle uithangbord boven de enorme Chinese markt niet snel willen opgeven.

Voor China is het te hopen dat er op korte termijn een Chinese versie van Max Verstappen verschijnt, dán zal de racerij ineens enorm gaan leven. De meest succesvolle Chinese autocoureur komt nog altijd uit Nederland: Ho Pin Tung. Lange tijd zat Tung dicht tegen de Formule 1 aan. In 2010 was hij reserverijder bij het team van Renault. Tung reed ook in de A1GP, GP2, Formule E en de Indycars. Dit seizoen is hij (onder meer) actief in de lange afstandsracerij.