Numrush

Review: Pokémon Let’s Go Eevee en Pikachu combineert het beste uit alle spellen

Pokémon Let's Go Eevee

Na maanden in spanning te hebben gewacht, was het vrijdag eindelijk zo ver: Pokémon Let’s Go Eevee en Let’s Go Pikachu verschenen eindelijk in de winkel. Natuurlijk kon ondergetekende het niet laten om het spel in huis te halen en vervolgens het hele weekend door te brengen in de Kanto-regio. En ik moet zeggen: dit spel combineert het beste van alle werelden.

Pokémon heeft inmiddels een lange en rijke geschiedenis. Ik kan me nog goed herinneren dat de allereerste aflevering op televisie verscheen in Nederland en het eerste spel in de winkels verscheen. Sindsdien zijn er talloze nieuwe fictieve beesten bijgekomen, en vele nieuwe spellen.

De laatste in die reeks was Pokémon GO, voor op je telefoon. Daarin werd de wereld anders aangepakt: je vangt Pokémon door er ballen naar te gooien – in plaats van met ze te vechten – en je ziet ze op de kaart verschijnen, en loopt er niet willekeurig tegenaan in het gras.

In Pokémon Let’s Go zijn dergelijke elementen teruggekomen, maar zonder dat het storend is. Sterker nog: ik heb het nog nooit zo ontspannend gevonden om een nieuwe Pokémon te vangen (tenzij je de kans hebt om een Legendary te vangen, dan zit ik alsnog te stuiteren op de bank). Daarnaast zie je Pokémon nu in het beeld verschijnen, zodat je ze kunt ontwijken. Wil je dus niet nog een Nidoran? Dan loop je er simpelweg omheen.

Opnieuw naar Kanto

Mochten de fans die al langer meegaan in de wereld van Pokémon nu een beetje bang worden: geen zorgen. Let’s Go is namelijk nog steeds een klassiek Pokémon-spel, al is het met wat moderne wijzigingen. Sterker nog: het verhaal is hetzelfde verhaal als in Pokémon Yellow. Je ziet dus Brock, Misty en diverse andere karakters die je eerder ook zag. Inclusief Team Rocket.

Het verhaal begin je door een Pikachu of Eevee te vangen – afhankelijk van welke versie van het spel je hebt gekocht. Het leuke is dat deze Pokémon vervolgens op je schouder (Pikachu) of hoofd (Eevee) met je meereist. En ook andere Pokémon die je vangt kun je uit hun PokéBall halen om achter je aan te laten lopen of vliegen. Helemaal leuk: op sommige Pokémon, zoals een Charizard of Onix, kun je zelfs rijden!

Verder geeft het spel zelf al aan dat het niet voor het eerst is dat iemand door de Kanto-regio reist om een Pokémon Master te worden. Af en toe worden er zelfs referenties gemaakt naar trainers als Blue en Red, maar er zitten ook nieuwere karakters in. Daardoor is het spel interessant voor zowel oude en nieuwe spelers.

Minder grinden

In de basis is het spel dus nog steeds hetzelfde. Je reist door de Kanto-regio, verzamelt Pokémon en de acht Badges en ontmoet Team Rocket meermaals. Maar er zitten wel een aantal significante wijzigingen in. Het vangsysteem noemde ik al even: je gooit nu net als in GO simpelweg een PokéBall en hoopt dat de Pokémon blijft zitten. Hier zijn wel een paar uitzonderingen op – je zult nog steeds eerst met Legendaries moeten vechten.

De meeste mensen – inclusief ikzelf – zullen hier in het begin wat huiverig over zijn. Maar dat is eigenlijk niet nodig. Het is heerlijk om op deze manier Pokémon te vangen, en totaal niet storend. Daarnaast bestaat de optie om de PokéBall te gooien met je JoyCon. Dit kan echter wel storend zijn: de bal gaat lang niet altijd de kant op die je wilt. Daardoor gooi je dus vaker mis dan wanneer je met de A-knop gooit.

Ook nieuw is dat je volledige team aan Pokémon XP-punten krijgt als je een wilde Pokémon vangt. Hoeveel punten je krijgt, hangt net als in GO af van hoe goed je het doet. Gooi je dus Excellent en vang je de Pokémon met de eerste gooi, dan krijg je meer punten. Ook zijn er bonussen voor het vangen van een nieuwe Pokémon of een hele grote of kleine versie.

Dit systeem maakt dat je veel minder hoeft te grinden. Waar je vroeger uren door kon brengen om je Pokémon op het gewenste niveau te krijgen, is dat nu niet meer nodig. Je kunt zelf kiezen of je één Pokémon veel sterker maakt dan de rest (wat ik doe) of je team meer gebalanceerd maken. Maar XP krijg je gemakkelijk en wordt goed verdeeld.

Nog meer gemak

Dat gemak komt overigens ook terug in een aantal andere onderdelen van het spel. Maar het meest noemenswaardig is toch wel je Pokémon Box. Eindelijk hoef je niet meer naar een Poké Center om de leden van je team te verwisselen, maar kun je dit onderweg doen. Je vraagt je echt al snel af hoe je ooit zonder kon.

Daarnaast zitten al die Pokémon in dezelfde box, waar je er oneindig veel in kunt bewaren. Je hoeft dus geen lastige keuzes meer te maken over van wie je afscheid gaat nemen. De enige Pokémon die je mogelijk naar Professor Oak wilt sturen, zijn al die extra varianten die je hebt verzameld (zoals de 20 Seels in mijn box).

Mocht je je verder zorgen maken om de gevechten: dat is niet nodig. In Pokémon Let’s Go is het oude gevechtssysteem namelijk gewoon bewaard. Het vechten doe je alleen niet meer tegen wilde Pokémon, maar tegen de talloze trainers en Team Rocket-leden die je onderweg tegenkomt. En als je met een losse JoyCon speelt, kun je je Eevee of Pikachu zelfs een boost laten geven aan het team door met de controller te schudden.

En zelfs het gehele partnersysteem is niet vervelend. Je kunt zo vaak als je wil even kijken bij je Eevee of Pikachu en met hem of haar spelen. Het leuke is dat ze een echt karakter hebben en zich daarnaar gedragen. Ook zullen ze soms grapjes met je uithalen of cadeautjes brengen. Het voelt al snel als een extra digitaal huisdier.

Het beste van alle werelden

Natuurlijk heb ik wel een paar negatieve punten om te benoemen. Allereerst: de JoyCon laat je soms echt misgooien bij het vangen van een Pokémon. Daarnaast voelt het soms wat willekeurig of je een Pokémon nu wel of niet vangt. Zo gooi je soms vijf keer Excellent, en vang je hem pas als je een keer bijna mis gooit. Dat is toch wat jammer.

Daarnaast had het ontwerp van je menu (vooral de PokéDex en je tas) iets beter mogen zijn. Daarnaast werkt het uitwisselen van Pokémon tussen Let’s Go en GO niet altijd: in mijn geval lukte het maar niet om een verbinding op te zetten tussen de twee spellen. Maar om eerlijk te zijn miste ik dat totaal niet.

En dat waren ongeveer alle minpunten die ik kon benoemen. Pokémon Let’s Go is namelijk oprecht een fantastisch spel, dat het beste van de oude spellen en Pokémon GO combineert tot een nieuw spel.

Het is een spel dat leuk is voor oude en nieuwe fans, en voor jonge en wat meer ervaren spelers. Maar het is vooral een geweldige manier om even te ontsnappen naar een andere wereld na een zware dag op werk, school of thuis. Het is een kleurrijk, vrolijk spel dat je maar blijft spelen. En dat meen ik serieus: na ruim 22 uur spelen in twee dagen tijd, zit ik nog steeds vooruit te kijken naar het moment dat de Switch weer aan kan en ik weer verder kan met mijn avontuur.

Pokémon Go Let’s Go Pikachu en Pokémon Go Let’s Go Eevee zijn nu te koop voor de Nintendo Switch.