Numrush

Round-up: Dit zijn de eerste reacties op de nieuwste producten van Google

Made By Google

Google heeft gisteren veel nieuwe producten gepresenteerd en een aantal techjournalisten mocht er al even mee spelen. De grote vraag is: wat is hun eerste indrukken? Zijn de producten echt zo leuk als ze lijken of valt dat tegen? Wij zetten het voor je op een rij!

Google Home

De Google Home is eigenlijk gewoon een Amazon Echo, maar dan in een ander jasje. Dankzij Assistant is het apparaat slim en kan het antwoord geven op allerlei vragen. Daarnaast is het in staat om de slimme apparaten in je huis te besturen en muziek voor je af te spelen. TechCrunch speelde er al mee en is tot nu toe prettig verrast. “Ook al heeft de Home maar twee microfoons (tegenover Amazon Echo’s zeven), werkte het nog steeds erg goed in de drukke demo-omgeving. Het snapte mijn vragen gemakkelijk toen ik er naast stond. De speakers waren meer dan luid genoeg om boven de gesprekken er omheen te horen.”

Ook CNET ging er mee aan de slag en ontdekte wel een klein minpuntje: je moet de juiste woorden gebruiken. “Maar Google’s AI is absoluut slimmer aan het worden.” Bovendien moet Google een behoorlijke inhaalslag maken met de mogelijkheden qua het besturen van je huis tegenover Echo. Toch is er wel een voordeel voor de Home: “Je kunt de kleuren van de Philips Hue-lampen veranderen met je stem. Dat kun je nu niet met Alexa doen, want daarmee kun je ze alleen aan- en uitzetten en ze dimmen.”

The Verge vindt nog een laatste minpunt, namelijk dat ontwikkelaars nu nog geen eigen features kunnen toevoegen aan de Home. “Eén van de redenen dat de Echo zo interessant is, is omdat het ‘skills’ heeft die het laten werken met ieder apparaat en service van derde partijen. Home kan met sommige slimme apparaten praten – Nest, Hue en SmartThings –  en sommige services als Uber. Maar ontwikkelaars kunnen hun services niet toevoegen zonder samen te gaan werken met Google.” Gelukkig belooft het bedrijf dat dit later dit jaar gaat veranderen.

Pixel en Pixel XL

De Britse krant Telegraph haalt met haar eerste ervaringen met de Pixel en Pixel XL direct een vooroordeel onderuit: ze lijken niet op de iPhone. “De Pixels voelen en lijken meer rechthoekig. Het apparaat draait naar een rechte lijn aan de zijkant, in plaats van dat het echt rond is. En met de knoppen aan de onderkant in het scherm en de vingerafdrukscanner op de achterkant, voelt het alsof er heel veel van de telefoon niet gebruikt wordt, vooral onder het scherm. Het glazen paneel aan de achterkant van de telefoon – nodig om alle ingewanden van de Pixels binnen te houden – voelt wat plastic-achtig.”

Niet direct heel positief dus, al heeft de Telegraph goede hoop. “Meest belangrijk zijn de prestaties, en het lijkt er op dat de Pixel dit erg goed kan doen. Met een geweldige camera en de kracht van Google’s AI er achter, kan het de concurrentie met Samsung en Apple goed aan.”

Ook TechCrunch is redelijk positief over de toestellen. “De displays van de Pixel (1080p) en Pixel XL (Quad HD) zien er geweldig uit, met diepe zwarte tinten dankzij het gebruik van AMOLED schermen, en ze hebben beiden een voordeel van de Pixel Launcher. Die maakt de software navigatieknoppen die je in Android vindt kleiner, maar geeft ook kleinere, rondere icoontjes.” Ook over het besturingssysteem zijn ze tevreden: “De prestaties waren pittig, meer nog dan ik ooit met een ander Android-apparaat heb meegemaakt.”

Dan zijn er natuurlijk nog veel goede dingen te zeggen over de camera, waar Google veel reclame mee maakt. Zo zegt Digital Trends: “Het maken van foto’s ging snel, net als het verwerken ervan. We moesten een paar seconden wachten als we heel snel achter elkaar foto’s maakten, maar het is nog steeds veel sneller dan bij de Nexus 6P en de Nexus 5X. We maakten ook foto’s in een omgeving met weinig licht, en de Pixels bleken daar vrij goed tegen te kunnen met weinig ruis op de foto’s.”

Daydream View

Met de Daydream View gaat Google een stapje verder in de wereld van VR. Maar waar veel mensen direct de vergelijking trekken met de Gear VR van Samsung, is de Daydream View volgens The Verge eerder het tegenovergestelde. “Waar Samsung een harde plastic buitenkant maakte, koos Google voor een zacht masker van schuim. Waar Samsung een trackpad in de Gear VR bouwde, stopte Google ze in een aparte afstandsbediening.”

Maar dat hoeft niet erg te zijn, want de eerste reacties zijn positief. “Hoe gemakkelijker en leuker het is om te gebruiken en hoe lager de barrière is om in de ervaringen te komen, hoe gemakkelijker het is om mensen het gevoel te geven dat dit hun tijd waard is. Dat is waar de Daydream View om draait en tot nu toe lijkt het dit goed te doen”, is de conclusie van The Verge.

Bovendien is het apparaat erg comfortabel, schrijft Ars Technica. “De band aan de achterkant werkt als een skibril en plaatst hem op je gezicht. Ze sluiten aan met klittenband, waardoor je de Daydream eenvoudig kunt wassen. Helaas komt er wel licht binnen aan de onderkant en zijkanten, waardoor het een minder intense ervaring is dan met de HTC Vive, Oculus of Gear VR.”

Meest bijzonder is echter dat je telefoon niet in een bepaalde positie vast zit. “De dichte deur en noppen houden hem op zijn plek, maar het lijkt er op dat hij niet op een bepaalde plaats hoeft te zitten. […] De Daydream View zorgt er vervolgens zelf voor dat het beeld goed komt te staan.”