Hoe Snapchat is veranderd in een onderzoeksmiddel voor journalisten
Elger van der Wel
Als je journalisten vraagt naar wat social media voor hen zijn, dan zullen ze waarschijnlijk zeggen dat het een manier is om hun publiek te bereiken. Ze kunnen hun producties er op delen en ook direct het gesprek aangaan met het publiek. Daarnaast zullen sommigen zeggen dat het een nieuwsbron is, bijvoorbeeld Twitter om te de statements van Trump te ontvangen.
Social media vormen echter ook een fantastisch bron voor journalistiek onderzoek. Dat gaat van eerstelijnsnieuws, waarbij je snel beelden of ooggetuigen zoekt van wat er is gebeurd, tot het zoeken van mensen die je kunt interviewen voor een diepgravender onderzoeksproject. Twitter weten de meeste journalisten wel te vinden in dat kader, al is goed gebruik van de zoekfunctie van Twitter en het verifiëren van foto’s die daar gedeeld worden een vak apart.
Instagram
En dan is het gebruik van diensten als Instagram en Snapchat voor velen helemaal next level. Mede doordat ze niet makkelijk vanaf je desktop toegankelijk, je bent eigenlijk altijd aangewezen op de apps van deze sociale netwerken. Instagram heeft wel een web-interface, maar die is zeer beperkt.
Dat terwijl de mogelijkheden van Instagram voor journalistiek onderzoek onderschat worden. Je kunt er namelijk heel makkelijk zoeken naar foto’s die mensen op specifieke plaatsen hebben gemaakt. Als mensen hun account maar niet hebben vergrendeld voor vrienden en een locatie toevoegen aan hun foto’s dan zijn deze foto’s heel makkelijk terug te vinden. Bij de Boston Globe hebben ze daarom een Instagram-kaart die zichtbaar op de redactie hangt, zodat iedereen altijd snel kan zien wat er in de stad leeft.
Ook foto’s en video’s inStories kunnen worden voorzien van een locatie en vervolgens als een soort gezamenlijke Story van een locatie worden teruggekeken. Dit is uiteraard beperkt tot 24 uur, maar als er ergens iets gebeurd is de kans groot dat je via Story’s ‘ruwe beelden’ kunt vinden.
Je kunt Instagram echter ook inzetten voor onderzoeksprojecten, waarbij je toegang wil krijgen tot een specifieke groep mensen die lastig te bereiken is. Zo is er in de VS een paar jaar geleden al een journalist geweest die dankzij Instagram in contact kwam met mensen in achterstandswijken. Het was een langlopend project, waarbij de journalist in kwestie het sociale netwerk gebruikte om een band om te bouwen met de bewoners van de wijk, alvorens hij met ze afsprak. Het zorgde voor een uniek inkijkje in de wijk, dat je niet had gekregen als je als journalist op de bonnefooi de wijk in was getrokken.
Snapchat
Ook Snapchat wordt steeds interessanter voor journalistiek onderzoek. Mede doordat er een groep gebruik van maakt die je normaal gesproken moeilijk te vatten is: jongeren. Het probleem voor veel journalisten is dat Snapchat een lastige app is. Zoals oprichter Evan Spiegel ooit uitlegde, is de app bewust zo ontworpen dat mensen boven de 30 hem niet snappen. Daar zit ik dan als (bijna) 31-jarige…
Als je wat tijd en energie in Snapchat stopt, kun je echter een heel eind komen. En het belangrijkste onderdeel van Snapchat voor journalistiek onderzoek is eigenlijk ook het makkelijkste: de Snap Kaart.
Snapchat voegde onlangs deze kaart toe aan Snapchat. Hij heeft verschillende functies, waaronder de mogelijkheid om te zien waar je vrienden zijn. Een onderdeel dat privacytechnisch nogal wat verbazing opwekte. Op de Snap Kaart kun je echter ook de openbare Stories van gebruikers over de hele wereld terugvinden, op locatie dus. Waarbij ze, in tegenstelling tot Instagram, geen fysieke locatie hoeven te hebben geselecteerd.
Als gebruikers een foto of video maken, dan kunnen ze die in Snapchat versturen naar vrienden of toevoegen aan hun Verhaal, waar hij 24 uur beschikbaar is. Naast ‘Mijn Verhaal’ kun je daarbij ook ‘Ons Verhaal’ selecteren, waarmee je je Snaps deelt met de wereld. Alle gebruikers maken dus één groot Verhaal en alle Snaps in dat gezamenlijke Verhaal vind je terug op de Snap Kaart.
Snap Kaart
Je kunt als gebruiker de kaart openen door vanuit de camera van Snapchat je vingers naar elkaar toe te knijpen alsof je uitzoomt op een foto. Op de wereldkaart die je ziet, kun je vervolgens in- en uitzoomen en bewegen net als in Google Maps. Aan gekleurde vlekken zie je dat er ergens Snaps zijn gedeeld, hoe roder hoe meer. Door simpelweg op een vlek te klikken beginnen de foto’s en video’s af te spelen.
Op plekken waar veel gebeurt zal zelfs een cirkel met een preview verschijnen om aan te geven dat daar iets bezig is. Snapchat zelf voorziet die cirkels vaak zelfs nog van een label, zodat je ziet wat daar aan de hand is. Dat gaat van festivals en feestjes (dat zijn er best wel heel veel) tot protesten en overstromingen.
Er zit ook een groot nadeel aan de Snap Kaart. Je kunt de Snaps niet makkelijk ‘scannen’ door er doorheen te scrollen, zoals bij een lijst zoekresultaten op Twitter. Je moet door de Snaps heen klikken en op veel plekken zijn het dingen waar je niks mee kunt. Daar komt bij dat je niet kunt zien wie de foto’s of video’s hebben gemaakt en deze mensen niet kunt contacten. Tegelijkertijd zul je een stuk minder nepfoto’s en -video’s op Snapchat vinden. In principe moet je op de plek in kwestie zijn en kun je niet zomaar een oude foto of video delen, al zijn deze beperkingen uiteraard met flink wat moeite te omzeilen.
Het is in ieder geval nuttig om als journalist Snapchat te installeren en te kijken hoe de Snap Kaart werkt. En het bij een eerstvolgende grote nieuwsgebeurtenis eens uit te proberen om zelf uit te zoeken hoe het wel of niet kan helpen bij je werk.