Terwijl techgiganten en autofabrikanten sleutelen aan hun zelfrijdende auto’s, heeft Tesla er stiekem al eentje op de markt. Of nou ja, min of meer. Met de Autopilot-functie kunnen de auto’s zelf over onder andere snelwegen navigeren. Het is een testfunctie die op beperkte plekken werkt en waarbij Tesla benadrukt dat je moet blijven opletten, maar kennelijk wordt ie alsnog best veel gebruikt. Volgens Autopilot-baas Sterling Anderson op de EmTech Digital-conferentie is hiermee inmiddels meer dan 160 miljoen kilometer gereden.
Een flinke gecombineerde afstand, aangezien de automatische piloot pas sinds 2014 in Tesla’s te vinden is. Er zouden inmiddels 70.000 auto’s op de weg zijn die er gebruik van kunnen maken. De voertuigen die Autopilot benutten, rijden hiermee gemiddeld 4 kilometer per dag.
Door het vele rijden heeft Tesla de nodige data verzameld, waardoor de Model S bijvoorbeeld in veel situaties prima weet wat te doen. De auto staat op het tweede niveau van het zelfrijdende autospectrum. Bij het vierde niveau is een voertuig volledig autonoom en hoef je nooit iets te doen.
Toch kan het nog even duren totdat Tesla zijn auto’s vertrouwt zonder oplettende automobilist in de bestuurdersstoel. Het is de reden waarom een rijbewijs vereist is om met de auto rond te rijden en waarom de functie met de hand ingeschakeld moet worden.