Inmiddels zijn sociale media niet meer uit ons leven weg te denken. Maar maakt het ons nou écht altijd zo gelukkig? Het antwoord daarop is simpel: nee, niet altijd. Niet alleen omdat ons zelfbeeld verandert door te kijken naar beeldschone figuren met duizenden volgers op Instagram. Maar ook vanwege de gedragsnormen op verschillende sociale media-platformen. Uit onderzoek blijkt dat maar liefst 82 procent van de Nederlanders vindt dat het socialer moet zijn op social media.
Asociaal
Uit het onderzoek van Netwerk Mediawijsheid blijkt dat tweederde van de mensen in Nederland vindt dat sociale media op dit moment niet sociaal genoeg zijn. Zo zijn zij van mening dat de platformen zelf vaker en sneller moeten ingrijpen bij extreme content. Denk hierbij aan het verspreiden van mis- en desinformatie en complotdenkers.
Veel Nederlanders zien liever betere omgangsvormen online. Online haat, pesten en het verspreiden van nepnieuws zijn onderwerpen die dagelijks voorbij komen op social media. Volgens programmadirecteur van Netwerk Mediawijsheid, Mary Berkhout-Nio, moeten we hier nu mee aan de slag. “Er staat veel op het spel.”
Ergernissen online omgangsvormen
Wat zijn dan de grootste ergernissen op sociale media? De manier waarop we met elkaar omgaan vormt hierin de rode draad. Dit zijn de grootste ergernissen op een rijtje:
- Het vergeten om de mens achter een account of profiel te blijven zien (74 procent)
- De normen op sociale media zijn onduidelijker dan in de offline wereld (73 procent)
- Er is onvoldoende mogelijkheid voor (ouderlijke) begeleiding, toezicht of correcties (71 procent)
Veel Nederlanders maken zich zorgen om dit gedrag en een hoop mensen maken dit zelf ook wel eens mee online.
Tijd voor actie
Hoe dan ook, volgens Netwerk Mediawijsheid is het tijd voor actie. Zij roepen daarom de sociale media-platformen en overheid op om betere omgangsvormen serieus te nemen, te luisteren naar wat er onder de bevolking speelt en om te kijken waar het nodig is om actie te ondernemen. Mary Berkhout-Nio: “We gaan samen met de gebruikers een effectieve aanpak ontwikkelen. Dit kan bijvoorbeeld via burgerraadplegingen gebeuren, waarbij de wetenschappelijke kennis over gedragsverandering verbonden wordt aan de praktijk en creativiteit van mensen.”