Virtual reality wordt vaak gezien als de nieuwe ontdekking van de vorige eeuw. Met de komst van computers zou het voor het eerst mogelijk zijn om naar een andere wereld te kunnen gaan. Toch is het idee van virtual reality lang niet zo nieuw als je zou denken. De eerste vormen van virtual reality zijn namelijk al terug te vinden in de vijftiende eeuw!
Volgens Lev Manovich, wetenschapper op het gebied van nieuwe media, is het enige wat je nodig hebt om te transporteren naar een andere wereld een scherm. Een scherm is namelijk altijd een raam naar een andere wereld: of dit nu digitaal is of niet.
De eerste voorbeelden waarin ‘virtual reality’ opduikt, is in de Renaissance in de vijftiende eeuw. Leon Battista Alberti was een schilder uit die tijd. Hij was één van de eerste kunstenaars die schilderijen zag als een blik op een andere wereld. Hij moedigde andere schilders aan om het frame van een schilderij te zien als een raam.
Alberti schrijft in zijn boek Della Pittura (Over schilderen) dat je met een schilderij een stukje van de wereld op een andere plek kan laten zien. Je verplaatst als het ware de wereld, waardoor een bepaald landschap opeens in een huis te zien is. Een schilder plaatst hierdoor de ene realiteit (die van het landschap) in een andere realiteit (die van de locatie waar het schilderij is opgesteld). Dit is de basis van virtual reality.
Er was ooit een tijd waarin film ook werd ervaren als virtual reality. Beroemde verhalen gaan in de rondte over het tonen van de eerste film ooit gemaakt. Deze film, die ongeveer een minuutje duurt en gemaakt is door de broers Lumière, laat zien hoe een trein een station binnenrijdt. De trein rijdt direct op de camera af. De verhalen gaan dat het publiek bij het zien van deze film in paniek raakte en probeerde weg te rennen van de trein.
Mensen raken echter snel gewend aan nieuwe technologie en film of televisie wordt dan ook niet meer gezien als virtual reality. Toch heeft iedereen wel een keer meegemaakt dat hij of zij helemaal ‘in de film’ zat en niet doorhad wat er in de direct omgeving gebeurde. Ook dit kun je een vorm van virtual reality noemen.
Het is dan ook niet verrassend dat met de komst van computers weer de verwachtingen over virtual reality opwaaiden. Toch hebben ook computers de hoge verwachtingen van virtual reality niet waar kunnen maken. Ook hier raakten mensen te snel gewend aan het idee van schermen en werd het scherm over het algemeen niet meer gezien als een transportatiemiddel naar een compleet andere wereld.
Sommige gamers denken hier echter anders over. Julian Dibbel, een mediawetenschapper, beschrijft een situatie waarin, binnen een game, een vrouwelijke avatar verkracht wordt. De vrouw die met dit personage speelde, voelde zich persoonlijk aangetast. Ook hier voelde de vrouw zich getransporteerd naar een andere wereld via een scherm.
Opvallend is, dat sinds de Renaissance er eigenlijk weinig veranderd is aan de manier hoe een scherm eruit ziet. Schermen zijn nog steeds vierkant en plat. Een horizontaal scherm staat in de ‘landscape’ stand, een verticaal beeld wordt de portretstand genoemd.
Met de ontwikkeling van nieuwe, technologische brillen lijkt hier eindelijk een einde aan te komen. Brillen als de CastAR en de Virtual Retinal Display maken schermen voor het eerst echt overbodig. Deze brillen zijn in staat om mensen vrijwel direct in een andere wereld te kunnen brengen, zonder tussenkomst van een scherm.
Virtual reality zal zich de komende tijd blijven ontwikkelen. Of we uiteindelijk allemaal met speciale brillen gaan gamen en ons in een andere wereld wanen, is moeilijk te zeggen. Virtual reality is in ieder geval een droom die al jaren bestaat en zal dan ook voorlopig niet weggaan! We kunnen hier nog veel van verwachten.