Numrush

‘Voor 100 dollar heeft een oorlogsslachtoffer een nieuwe arm’

Als kind droomde we wellicht van een leven als superheld: jetpacks, ruimtereizen, snelle auto’s en superkrachten. Om die droom in duigen te zien vallen op het moment dat we ons kunnen realiseren dat het leven dat Batman leidt een kleine 690 miljoen dollar kost.

Niet veel later in ons leven ontdekken we dat ons lichaam broos kan zijn en fysiek ongemak ons steeds verder limiteert. Om nog maar te zwijgen of de lichamelijke handicaps die ontstaan door ongevallen. Of erger.

Het klinkt als een tamelijk duister toekomstbeeld, maar SXSW zou SXSW niet zijn als er niet een sessie zou zijn over het inzetten van technologie om onze menselijkheid op zijn minst te waarborgen of zelfs te verrijken. In een inspirerende panelsessie deelde advocate Holly Stiles, ondernemer Virginia Ingram en ‘maker’ Mike Ebeling hun ervaringen en visie op een zonnigere toekomst dankzij technologie.

De onmogelijkheden van alledaags leven

De kracht van alle panelleden bleek een sterke intrinsieke motivatie om de wereld stukje bij stukje wat beter te maken. Voor Ingram en Stiles heeft dat vooral te maken met herkenbare situaties uit het alledaagse leven. Ingram zag de wereld van haar moeder steeds kleiner worden nadat ze de diagnose Alzheimer kreeg op vrij jonge leeftijd.

“Als je eenmaal in zo’n traject komt, wordt het leven dagelijks kleiner gemaakt. Het eindigt uiteindelijk in een tehuis met het label ‘patiënt’ en de nadruk op het negatieve”, aldus Ingram. Het kan ook anders, zo stelt de Amerikaanse, waarbij ze De Hogewyk in Weesp (het ‘dementendorp’) als ultiem voorbeeld noemt van het juist groot houden van een leefwereld.

Stiles heeft in haar geval weer te maken met de onmogelijkheden die mensen met een fysieke beperkingen tegen komen met het navigeren door een stad. In haar rol als advocaat kreeg ze enkele jaren geleden te maken met een man die zijn woonplaats voor de rechter sleepte omdat er te weinig manieren waren waarop hij op een gemakkelijke manier door zijn stad kon komen in een rolstoel.

Denk er eens over na: wat voor een onmogelijke stad is New York voor mensen in een rolstoel? De advocate dook in het materie en kwam tot de schokkende conclusie dat talloze steden onleefbaar zijn voor mensen in een rolstoel. “Het klinkt als een open deur, maar denk er eens over na: hoe onmogelijk is een stad als New York voor mensen in een rolstoel?”, aldus Stiles. In een taxi stappen of zelf een auto rijden is een de meeste gevallen schier onmogelijk.

Ook hier moet het zichtveld weer verplaatst worden naar Europa, aldus Stiles. “In Londen zijn de taxi’s in de stad uitgerust met grote deuren en een schans om rolstoelen in de taxi te kunnen rollen”, aldus de Amerikaanse. Maar ook lokaal zijn er mooie initiatieven, zoals de Kenguru, een electrisch voertuig waar de rolstoel makkelijk in kan. Het compacte autootje wordt gebouwd in Texas.

Macht van de ‘Makers’

Er moeten dus ogen worden geopend op verschillende niveau’s binnen overheid én bedrijfsleven, zo lijkt de conclusie. En dat zou geen vreemde slotconclusie zijn met het oog op de boodschap van andere sessies hier in Austin. Maar we mogen ook onze eigen creativiteit niet uitvlakken als grote aanjager van verbetering.

Dat is althans wat je mag aannemen van Mike Ebeling, die zijn bedrijf niet voor niets ‘Not Impossible’ heeft genoemd. De enthousiaste Amerikaan kwam in 2010 in het nieuws toen hij met zijn team een speciale bril ontwikkelde voor Tempt, een bekende Amerikaanse graffiti artiest die verlamd raakte door ALS.

“Ik was geschokt dat Tempt nog communiceerde door te knipperen met zijn ogen bij een letter van het alfabet, ik dacht dat iedereen gewoon toegang had tot dat ding van Stephen Hawking”. De waarheid lag helaas anders: de familie van de artiest moest met hem praten door letters aan te wijzen op een A4tje en vormde zo letter voor letter een woord of een zin.

Ebeling ging met zijn team aan de slag en bedacht in krap 24 uur een bril die in staat was om de ogen van de graffiti artiest te volgen en deze bewegingen te vertalen naar ‘schrijven’. Na twee dagen oefenen met de bril was Tempt in staat om zelf zijn iconische tag te tekenen tot opluchting en groot geluk van familie, vrienden en het team van Ebeling om hem heen.

Een feestelijke avond en nacht verder bleek de impact van de EyeWriter groter dan de creatieve ‘maker’ had gedacht. De bril werd wereldnieuws en werd uiteindelijk zelfs opgenomen in de collectie van het MOMA. “Leuk hoor, ik ben oprecht trots op dat soort resultaten, maar het belangrijkste succes was de wereld die voor mij en het team open ging”, aldus Ebeling.

Want dankzij het succes van EyeWriter kon Ebeling voor zijn volgende project diverse merken en branches aan elkaar knopen om tot een nóg grotere impact te komen. Met zijn ‘Project Daniel’ leverde de ondernemer een serie 3D printers in Afrika af en leerde hij artsen hoe ze met de printers nieuwe ledematen kunnen printen voor slachtoffers van de oorlog in Sudan: “Voor 100 dollar heeft een oorlogsslachtoffer een nieuwe arm”.

Het juiste verhaal

Een stevige dosis technopositivisme op de vroege ochtend, zo mompelt Ebeling wanneer hij zijn verhaal eindigt en op een zeer welgemeend applaus uit de zaal getrakteerd wordt. “Onzin”, zo reageert Ingram.

Het is een kwestie van het juiste verhaal bij een innovatie vinden. “Technopositiviteit is niet per definitie slecht”, vervolgt de Amerikaanse. “Het is alleen belangrijk om bij elke innovatie het juiste verhaal te vinden om de kracht duidelijk te maken. Project Daniel is een typisch verhaal wat direct de kracht duidelijk maakt van 3D printers”.

De vraag die blijft staan na de verrassend inspirerende panelsessie: is er voor zo’n goed verhaal ook een slecht verhaal te bedenken. Daarmee lijken we weer terug te komen op de dualiteit van innovatie, zoals gisteren in een andere sessie voorbij kwam.

Het antwoord zou misschien wel kunnen zijn dat geen enkele belangrijke innovatie het houdt zonder die eigenschap.