Wat mobile first werkelijk betekent

Elger van der Wel

Mobile first is een nare term, maar er zit een heleboel achter als het gaat om het zo goed mogelijk bedienen van je publiek.

Online first. Digital first. Audience first. Video first. Ik heb de afgelopen jaren heel veel Engelstalige termen die eindigen met het woord ‘first’ langs horen komen. En met de jaren zijn dat soort termen voor mijn gevoel steeds meer een lege huls geworden.

Elger van der WelElger van der WelWekelijks schrijft Elger van der Wel een column over innovatie in de journalistiek en media. Deze week schrijft hij over de mediaconsumptie op mobiel.Online first is nog vrij makkelijk te begrijpen: je hebt als traditionele uitgever of omroep als doel om altijd zo snel mogelijk online te publiceren en spaart dingen niet op tot een papieren publicatie of uitzending. Audience first is alweer een stuk lastiger. Je stelt je publiek (en de behoefte van dat publiek) centraal, maar wat betekent dat in de praktijk? Het is een term die al meteen een stuk minder concreet is.

En dan heb je natuurlijk mobile first. Betekent dat dat je eerst naar mobiel publiceert en dan pas op de site? Natuurlijk niet. Het gaat erom dat je door hebt dat je publiek voor het grootste deel je content consumeert via hun smartphone. Maar betekent dat dat je je content anders moet maken? Of gaat het enkel over het feit dat je als organisatie je digitale producten in eerste instantie ontwerpt voor mobile?

De mobiele meerderheid

Al jaren hoor ik in de media teksten langskomen als: “Mensen lezen geen lange artikel op hun telefoon” of “je moet voor mobiel kortere teksten schrijven”. Het kan best zo zijn dat dat in het verleden zo is geweest, maar anno 2018 is dat helemaal geen ding meer.

Afgelopen week zag ik in mijn Twitter-tijdlijn twee voorbeelden hiervan voorbij komen. The New York Times publiceerde een artikel van 14.000 woorden op basis van de belastingaangiftes van Donald Trump. En die 14.000 woorden – da’s een leestijd van zo’n drie kwartier – werden vooral op mobiel gelezen.

In Nederland zie je precies hetzelfde. Vrij Nederland had dit weekend een exclusief afscheidsinterview met Alexander Pechtold en direct na die publicatie bleek kwam meer dan tweederde van al het verkeer naar VN vanaf mobiele apparaten kwam.

Voor sommige is het misschien een open deur, maar mobiel is de laatste jaren de belangrijkste plek geworden waar mensen hun content consumeren. Zelfs voor langere artikelen en voor video. Moet je je daar als redactie op aanpassen? Aan de ene kant niet: je hoeft niet korter te schrijven of specifieke selecties te maken voor mobiel. Je moet er alleen, zeker in de productie van media, wel rekening mee houden dat mensen op hun mobiel kijken.

Ik zie nog regelmatig infographics of interactieve verhalen die op mobiel niet werken of onleesbaar zijn

Produceren voor mobiel

Ik zie nog regelmatig infographics of interactieve verhalen die op mobiel niet werken of onleesbaar zijn. Dat is in mijn ogen echt een no-go. En ik denk dat het ook oprecht het overwegen waard is om online video vertical te produceren. Dan maak je namelijk video in een vorm die passend is voor de meerderheid van je publiek.

Het probleem is echter dat redacties massaal op een computer werken. Ze schrijven op een desktop of laptop en bekijken daar vervolgens ook hoe hun content eruit ziet. Ook al heeft iedereen een smartphone in zijn zak, je gaat niet bij alles wat je maakt of je telefoon kijken of het lekker werkt – al zou dat wel moeten.

Bij de BBC hebben ze daarom een tool ontwikkeld waar ze de voorpagina en artikelen kunnen previewen op desktop, tablet en mobile. Dat gebeurt in een simpele web-app, die ze met één klik kunnen openen vanuit hun CMS. Het bouwen hiervan was vrij simpel en het helpt echt om een redactie meer rekening te laten houden met de meerderheid van zijn publiek; de mobiele bezoeker.

Productdesign

Redacties schrijven op een desktop of laptop en bekijken daar vervolgens ook hoe hun content eruit ziet Het heeft echter niet alleen te maken met hoe je je content produceert, ook hoe je die presenteert. Oftewel: met hoe je je digitale producten ontwerpt. Responsive sites zijn leuk, maar nog te vaak zijn ze een smalle versie van de site op desktop.

The New York Times voerde eerder dit jaar een redesign door waarbij het de rechterkolom in artikelen verwijderde. Er zweven op desktop nog ergens een paar ‘editor’s picks’ rond, maar in de basis is een artikel op desktop een bredere versie van een artikel op je smartphone. Alleen de voorpagina is op desktop nog breed (en vol), omdat deze dicht in de buurt moet komen van de papieren krant. In Nederland heeft De Volkskrant exact hetzelfde gedaan.

New York Times

Daarnaast is het belangrijk om te zorgen dat alle functies die beschikbaar zijn op desktop, ook op mobiel werken. Nog te vaak zie je dat er menu-items verdwijnen op de mobiele view van een website of dat een app belangrijke functionaliteiten mist omdat mensen die ‘vooral op hun computer gebruiken’.

Mobile first

Al met al is er dus genoeg om rekening te houden als het gaat om het ‘mobiele gedrag’ van je publiek. En ik geloof zeker dat een korte term als ‘mobile first’ kan helpen om daar als organisatie invulling aan te geven. Het punt is echter dat je vooral moet kijken naar wat mobile first echt betekent en moet nadenken over hoe je dat in je producten en dagelijkse werkprocessen toepast.