Kunstmatige intelligentie heeft al veel gedaan voor wetenschap en wordt nu ook geïmplementeerd in andere, experimentele wetenschappelijke gebieden. Een groep onderzoekers van drie Australische universiteiten heeft een algoritme gebruikt om een Nobelprijs winnend experiment na te maken. Het is een samenwerking tussen de Australische National University, University of Adelaide en de University of South Wales Australian Defence Force Academy.
In 2001 kregen Eric A. Cornell, Wolfgang Ketterle en Carl E. Wieman een Nobelprijs voor het bereiken van een Bose-Einstein codensatie in verdunde gassen van alkali-atomen. Ingewikkeld, dat zeker, maar nu heeft een kunstmatige intelligentie dit experiment nagemaakt.
De wetenschappers gaven het systeem een voorzetje door een extreem koud gas te maken – minder dan een miljardste graad boven het absolute nulpunt, -273,15 °C. Vanaf daar leerde het algoritme hoe het de verschillende parameters moest wijzigen om de temperatuur nog verder naar beneden te krijgen en hoe het dit efficiënter kon doen. Dit gebeurde voornamelijk door een trio van laserstralen aan te passen.
Volgens het team achter de kunstmatige intelligentie waren de resultaten behoorlijk indrukwekkend: het systeem leerde het experiment zelf te doen in minder dan een uur en ook nog eens met methoden die zelfs niet door goed getrainde wetenschappers niet bedacht werden. Bovendien is het algoritme in staat om zichzelf elke ochtend klaar te maken en kan het elke wijziging in het experiment compenseren.
De volgende stap van dit team? Nog groter gaan. “We zijn van plan om de kunstmatige intelligentie een nog groter Bose-Einstein condensaat dan we ooit hebben gezien te laten maken”, vertelt Dr. Michael Hush.
Wil je zelf ook aan de slag met dit algoritme, dan kun je het op GitHub vinden. De technologie is te gebruiken voor quantum chemie, quantum computing en femtoseconde physics.