Hoe Snapchat en Pokémon Go augmented reality succesvol maken

Elger van der Wel

Door Snapchat en Pokémon Go maakt het grote publiek kennis met augmented reality. De weg is nu vrij voor meer innovatie.

Augmented reality. Eind vorige eeuw was het al regelmatig onderdeel van science fiction-films en waren de verwachtingen van deze technologie -samen met virtual reality- hoog. Maar pas sinds de opkomst van de smartphone de afgelopen tien jaar is het een techniek waarin echt veel wordt geïnvesteerd.

In het Nederlands wordt augmented reality wel eens vertaald als toegevoegde realiteit. Een lelijke term, maar hij dekt wel de lading: je voegt iets toe aan de werkelijkheid. Het in 2009 opgerichte Layar is daar bijvoorbeeld nog steeds druk mee. De dienst is vooral bekend door de samenwerkingen met tijdschriften: je richt je telefoon op een plaatje (bijvoorbeeld) een advertentie en zag op je scherm plots iets boven de bladzijde zweven.

Layar, wat overigens van oorsprong een Nederlands bedrijf is, werd gezien als een bedrijf dat augmented reality tot een succes zou maken. En veel mensen zullen dankzij Layar ook wel eens kennis hebben gemaakt met de technologie, zonder misschien te weten dat het zo heet.

Dat zelfde geldt trouwens voor Nintendo, die het onderdeel maakte van de mobiel spelcomputer 3DS. Je kunt wat simpele spelletjes spelen met augmented reality, dankzij de dubbele camera op de achterkant van de spelcomputer en de meegeleverde kaartjes met karakters als Mario erop. Albert Heijn gebruikte de technologie afgelopen tijd als onderdeel van de Dinoplaatjes-actie. Opnieuw een manier om veel mensen een keer kennis te laten maken met het fenomeen.

Er is een gebrek aan toepassingen voor een breed publiek die zorgen dat augmented reality meer is dan een gimmick. Maar een grote doorbraak van de technologie laat op zich wachten. Deels door technisch beperkingen. In het begin was er bijvoorbeeld altijd een marker nodig (een kaartje, een plaatje of in ieder geval een voor de software herkenbaar punt in de echt wereld). Maar vooral door het gebrek aan toepassingen voor een breed publiek die zorgen dat augmented reality meer is dan een gimmick.

Layar heeft dat in het begin zeker wel geprobeerd, door bijvoorbeeld informatie over locaties in de echte wereld toe te voegen aan je camerabeeld. Je kon dan letterlijk om je heen kijken met je telefoon en zien wat zich waar bevond. Het grote succes dat de techmedia aan deze toepassingen van augmented reality toedichtten bleef echter uit. Misschien was Layar te hier te vroeg mee of was het nut voor de ‘gewone gebruiker’ toch te beperkt.

AR-brillen

De laatste paar jaar wordt er plots weer ontzettend veel geïnvesteerd in augmented reality, maar dan vooral puur technisch. Met de ontwikkeling van computer vision en virtual reality, wordt ook augmented reality steeds geavanceerder. Veel techbedrijven zijn er mee bezig. Sommige in het geheim, anderen wat meer in het openbaar. Microsoft gaat op dit moment voorop met de HoloLens. Een augmented reality-bril waarmee je dingen in de echte wereld kunt projecteren en die op hun plaats blijven en van perspectief veranderen als je rondloopt. Ik heb hem een paar weken geleden mogen testen en ik was erg onder de indruk. En ook de startups Meta en MagicLeap werken aan een dergelijke bril.

En toch zijn het niet deze bedrijven die er nu voor zorgen dat een groot publiek kennis maakt met augmented reality. De brillen zijn immers nog niet eens op de markt en zodra ze dat zijn zullen ze voor velen mensen onbereikbaar zijn, vanwege de prijs. Nog los van de vraag, dat mensen overtuigd moeten zijn van het nut. Het draait uiteindelijk immers om de toepassingen van dit soort technologie.

Opvallend genoeg zorgen twee compleet andere bedrijven anno 2016 dat het grote publiek aan de slag gaat met augmented reality. En ziet wat je hiermee kunt. Ze leggen als het waren de rode loper uit voor de brillen die nu ontwikkeld worden.

Snapchat

De eerste is Snapchat. De app blijft maar doorgroeien en ik ben er van overtuigd dat de Lenzen, die er voor zorgen dat je een soort digitaal masker draagt, hebben bijgedragen aan die groei. Mensen zien dat en willen het ook proberen. Het is grappig en verbazingwekkend tegelijk en is een korte tijd uitgegroeid tot één van het herkenbare functies van de app.

Wat gebruikers zich niet realiseren is dat dit een toepassing is van augmented reality. En dan ook een hele andere toepassing, dan wat we tot nu vaak hebben gezien. In plaats van iets in een ruimte te plaatsen, wordt je gezicht aangepast.

En het is pas het begin. Snapchat heeft namelijk een startup overgenomen die 3D-selfies maakte. Deze techniek kan onder meer worden gebruikt om de Lenses nog geavanceerder en indrukwekkender te maken, maar kan ook worden gebruikt voor een volgende stap op augmented reality-vlak. En dat die er komt, lijkt bijna zeker. Sinds vorige maand heeft Snapchat namelijk een heuze Concept and Augmented Reality Designer in dienst.

Snapchat zou zich dus wel eens kunnen ontpoppen tot één van de leidende partijen op het gebied van augmented reality.

Pokémon Go

Het feit dat Pokémon Go de hele wereld verandert in een spelwereld is eigenlijk veel indrukwekkender. De grootste stap wordt echter de afgelopen week gezet met Pokémon Go. Met dit spel kun je Pokémon vangen in de echte wereld. Je ziet ze letterlijk op straat of in het park zitten via het beeld van de camera van je iPhone. Het klassieke voorbeeld van augmented reality. Maar eigenlijk is dat ook meteen ook het minst indrukwekkende deel van het spel. Het ziet er cool uit hoor, het zorgt voor leuke foto’s op social media en het maakt de spelbeleving compleet. Maar het feit dat Pokémon Go de hele wereld verandert in een spelwereld is eigenlijk veel indrukwekkender.

Het spel maakt van oude gebouwen, kunstwerken en andere bijzondere objecten in de fysieke ruimte Pokéstops en gyms. Het zorgt ervoor dat je voor water-Pokémon ook echt het water moet opzoeken en voor bug-Pokémon het park in moet!

Dit is een andere vorm van augmented reality dan de meer “fysieke” vorm die we kennen waarin iets in de wereld wordt geprojecteerd, maar als je er over nadenkt is hij veel indrukwekkender. Het verandert de hele wereld in een game, zorgt dat mensen samenkomen rond objecten omdat dit in hun werkelijkheid een belangrijke plek is. Het laat ons spelenderwijs kennis maken en wennen aan het idee dat echt en virtueel in elkaar kunnen overlopen.

En dat is zo ontzettend belangrijk. De ontwikkelaar van Pokémon Go maakte vanuit Google eerder Ingress, dat qua gebruik van de echte wereld veel lijkt op Pokémon Go. Die game werd gezien als iets voor nerds. Mensen die met een groep naar standbeelden toegaan om op hun telefoon een spel te spelen waarin dat standbeeld een virtuele Portal was, dat was eigenlijk best wel bizar.

Maar Pokémon Go heeft dit fenomeen in een paar dagen normaal gemaakt, doordat iedereen het speelt. Toegegeven: het ziet er nog steeds bizar uit, maar mensen doen het desondanks zonder schaamte. Het zet de deur open naar nieuwe mogelijkheden. En misschien is het grote publiek deze game over twee maanden weer vergeten, de maatschappelijke verandering die het spel veroorzaakt heeft zal niet verdwijnen.

De weg is nu vrij voor de volgende stap. En die zou wel eens bij Google kunnen liggen. Die heeft met Project Tango de techniek in handen om visuele augmented reality-toepassingen in hoge kwaliteit te leveren. Zonder bril, gewoon in onze smartphones. Het is echter aan ontwikkelaars om hiervoor nuttige of verslavende toepassingen te maken. Snapchat en Pokémon Go hebben het voortouw genomen, wie volgen er?

Enkele weken geleden bespraken we augmented reality al in onze podcast Rush Talk. Pokémon Go was toen nog niet uit, maar verder sluit de podcast perfect aan bij de ontwikkeling die gaande is.