In februari ontving het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid zo’n vijftig games uit handen van Radarsoft. De voormalig ontwikkelaar van computergames voor de Commodore 64 en de MSX – maar tegenwoordig producent van educatieve software – droeg de spellen over aan het archief, zodat het instituut de spellen kon behouden voor toekomstige generaties.
“Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid is van oorsprong natuurlijk gericht op het bewaren van audiovisueel erfgoed van de publieke omroepen”, vertelt Jesse de Vos. Maar radio en televisie zijn al lang niet meer de grootste vormen van media. “Beeld en Geluid is een aantal jaar geleden bijvoorbeeld ook begonnen met het archiveren van websites.” Maar computerspellen, daar was het instituut nog niet aan toegekomen. Tot nu. De Vos werkt op de afdeling Kennis en Innovatie van Beeld en Geluid, waar hij sinds een klein half jaar onderzoek doet naar hóe het instituut games moet archiveren. “Want er zijn nog veel vragen, ook internationaal gezien. Je kunt games an sich archiveren, maar je wil eigenlijk ook het verhaal en de impact die een game heeft gehad vastleggen.”
Jesse de VosJesse de Vos is onderzoeker interactieve en nieuwe media bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Eerder deed hij soortgelijk onderzoek bij de VU Amsterdam. Daarvoor studeerde hij Film- en Televisiewetenschappen aan de Universiteit Utrecht.De Vos kijkt op dit moment naar games die in de jaren 80 en 90 zijn uitgebracht. Dat sluit mooi aan bij de collectie van vijftig games die Radarsoft heeft uitgebracht, maar het heeft ook een andere praktische reden. “We weten nu dus nog niet wat er precies komt kijken bij het archiveren van games”, zegt hij. “De games uit de jaren 80 en 90 zijn een mooi uitgangspunt. Want hoe recenter de game is, hoe complexer het wordt.” Computerspellen hebben in de loop der jaren immers ook hun ontwikkeling gemaakt, zowel qua techniek als qua gameplay. “Kijk bijvoorbeeld naar massive multiplayer online (MMO) spellen”, zegt De Vos. In die online werelden valt of staat het spel bij het sociale element dat er veel mensen rondlopen. “Maar het draait ook veel om events die daar plaatsvinden.” Een game is continu in beweging. Het is al lang niet meer de fysieke drager die je vroeger gewoon uit een doosje haalde: het is ook cultuur.
Vier manieren van archiveren
Een klein half jaar geleden is De Vos begonnen met het onderzoek naar wat Beeld en Geluid nou precies moet. “Er zijn vier dingen die we kunnen doen”, vertelt hij. “Ten eerste kunnen we de hardware en oorspronkelijke dragers gaan bewaren.” Beeld en Geluid heeft daar al de nodige kennis voor en ervaring in omdat het bijvoorbeeld fysiek materiaal uit de televisiewereld behandelt.
Je wilt games archiveren, maar ook het verhaal en de impact eromheen vastleggen. Deel deze quote“De vraag is echter of wij degene zijn die dat moeten doen”, zegt De Vos. “Bonami, het spelcomputermuseum uit Zwolle, bewaart bijvoorbeeld ook hardware. We gaan proberen daar een samenwerking mee te vinden.” De vraag is dus wat welke partij moet doen. “Recensies uit gamebladen zijn bijvoorbeeld ook onderdeel van de cultuur, maar ik zie ons nog niet zo snel al die tijdschriften bewaren.” Dat doet de Koninklijke Bibliotheek al.
Nadat de fysieke dragers bewaard worden, moeten de spellen zelf natuurlijk ook behouden worden. Dat kan op verschillende manieren. Eén daarvan is migratie: het overzetten van games naar moderne standaarden. Daardoor kunnen de games op moderne hardware draaien, zoals in Beeld en Geluid ook bij de archivering van beeldmateriaal gebeurt. “Maar dat is een complexe manier, want er is geen standaardisatie. Daarnaast hebben we te maken met veel verschillende bestandstypen, spelcomputers en programma’s. Dat maakt het een ingewikkeld en duur proces.”