Het was in 2013 al een populaire term, maar in 2014 lijkt het buzzword ‘wearables‘ zich dan toch te gaan ontpoppen tot de grootschalige innovatie met nóg grotere impact die het tot voor kort alleen nog maar werd toegeschreven. Want echt warm worden we nog nog niet van de huidige generatie wearable tech, toch?
Of misschien juist wel. Het zit hem in de interpretatie van de huidige markt, zoveel is duidelijk. Want hoewel iedereen er over eens lijkt dat wearables de toekomst zijn, zijn we het er tegelijkertijd over eens dat Google Glass of een gemiddelde smartwatch niet het apparaat is wat voor de revolutie gaat zorgen.
Toch staat 2014 bol van de verwachtingen. We verzamelde de acht belangrijkste stellingen rond de toekomst van wearables voor je!
De strijd om de troon is nog volledig open
Wie regelmatig in de markt duikt, weet dat er een aantal namen vaker voorbij komen dan anderen. Nike, Fitbit en Jawbone zijn spelers die op dit moment liefst 90% van de markt domineren volgens Accenture. Maar recent hebben ook Sony, Pebble en Samsung het speelveld betreden. En ondertussen maakt ook Google fiks meters met hun slimme bril.
Het moge duidelijk zijn, voor nu is het nog onmogelijk om te bepalen wie de beste papieren heeft om zich uiteindelijk tot marktleider te mogen uitroepen.
Fitness-, gezondheid- en activty trackers zullen voorlopig nog wel marktleider zijn
Met een dominatie van liefst 90% van de markt mag het geen discussie zijn dat het merendeel van de wearables op de markt te maken hebben met fitness- of activity tracking. Die groei zal zich vooralsnog doorzetten, met name omdat deze gadgets makkelijk aanspreken bij consumenten.
Om nog maar te zwijgen over de snelheid waarmee de wearables in dit segment zich verbeteren. Nieuwe sensoren laten de compacte apparaten biometrische gegevens meten ver voorbij wat elke sensor in de huidige markt kan. Apparaten als de Tell Spec of de (helaas te vroeg aangekondige) Airo-armband. Het zijn geen vergezichten meer, ze zijn binnen handbereik.
De markt zal veel nieuwe, onbekende spelers groot maken
Een samenkomst van een aantal factoren zal er voor zorgen dat we in de markt van wearables een hoop nieuwe namen zullen zien verschijnen. Namen die groot zullen worden of uiteindelijk weer snel verdwijnen.
Om te beginnen is daar het feit dat een compacte tracker of smartwatch minder complex – en duur – is om te ontwikkelen, zeker in vergelijking met bijvoorbeeld een smartphone of computer. Zeker nu grote hardwarefabrikanten als AMD en Intel (met hun Quark-processor) die markt een flinke boost willen geven.
Daarnaast zien we de onomkeerbare opkomst van crowdfunding en de democratisering van die technologie. Dankzij platformen als Kickstarter en Indiegogo kunnen bedrijven als Pebble, Meta of Misfit nu zo’n belangrijke rol spelen in de markt.
Kenners voorspellen een stroom aan nieuwe ‘wereldmerken’ die voort zullen komen uit deze samenkomst.
De nadruk ligt op vormgeving
Toegegeven, een snelle blik op de Google Glass of Galaxy Gear maakt duidelijk dat de focus in de huidige markt nog behoorlijk verkeerd ligt. We zien een stuk technologie, geen schitterend vormgegeven uitbreiding van onze dagelijkse uitrusting.
In eenzelfde beweging als we zagen bij de introductie van de mobiele telefoon, zullen de nieuwe gadgets eerst een hoge ‘wannahave’-factor moeten krijgen. Gelukkig zien fabrikanten dat ook in: Misfit lanceerde de Shine, terwijl Pebble en Google met verbeterde ontwerpen van hun bestaande hardware kwamen in de afgelopen weken.
Slimme brillen en smartwatches zijn echt nog maar het begin
Het is gemakkelijk om een innovatie dood te slaan op basis van zijn huidige verschijningsvorm. De impact van wearables is echter breder dan een slimme bril of een bonkig scherm op je horloge.
We zien al de eerste initiatieven in speelgoed, gezondheidszorg, maar vooral ook kleding. Zoals de Hexoskin of Radiant sportshirts. We bevinden ons echt nog aan het begin van de ontwikkeling.
‘The Internet Of Things’ is een grote aanjager van wearable tech
Hoewel de introductie en acceptatie veel trager loopt dan bij wearables, is de opkomst van ’the Internet of Things’ (vaak aangeduid met ‘de Twitterende koelkast’) een belangrijke aanjager voor nieuwe concepten rond wearable tech.
Afgelopen januari woonde ik een demonstratie van Samsung’s nieuwe ‘Smart Home’-protocol bij, een platform waarbij een smartwatch van onmisbare waarde is.
Wearables van de toekomst zullen zonder smartphone kunnen
Het is persoonlijk mijn grootste frustratie: nog geen enkele wearable kan zonder een verbinding met een smartphone. Het maakt alle ‘smart’-devices feitelijk alleen maar ‘semi-smart’. Los van de functionele invulling van de smartphone in de toekomst (da’s weer een andere blogpost), is het van essentieel belang dat wearables op zich zelf komen te staan.
Ook in dat opzicht zien we al meer dan genoeg beweging bij alle spelers: Intel kondige recent nog hun ‘Jarvis’-headset aan, die stemassistentie gaat ondersteunen zonder een daadwerkelijke internetverbinding.
“Smart devices, until they become untethered or do something interesting on their own, will be too complicated and not really fulfill the promise of what smart devices can do“, zo liet Bell recent nog weten.
De prijzen zullen fiks gaan dalen
Zoals wel vaker geven de ‘early adopters’ op het moment behoorlijk flinke bedragen uit om de nieuwste innovaties te kunnen dragen. De forse prijzen van sommige nieuwe gadgets zorgen echter voor een nóg grotere disconnect tussen de producenten en consumenten.
Toch zal ook hier de manier waarop de markt zal groeien van onmiskenbare invloed zijn: de snelheid en lage kosten waarmee nieuwe spelers kunnen ontwikkelen en uitrollen zal er voor zorgen dat prijzen al snel zullen zakken, tot uiteindelijk acceptable bedragen voor de functionaliteiten.
Het blijft natuurlijk afwachten hoe de exacte ontwikkelingen zullen gaan verlopen, maar het feit is dat, na creatieve designers en slimme hackers, nu ook grote chipfabrikanten als Intel en AMD en wereldmerken als Samsung, Nike en Google de kracht en toekomst van wearables in hun vizier hebben.