De inlichtingendiensten en het ministerie van Defensie zijn niet opgewassen tegen digitale dreigingen uit het buitenland, stelt brigade-generaal Wilfred Rietdijk in de Volkskrant. Rietdijk is strategisch adviseur van Nationale Veiligheid en Cyber van het ministerie van Defensie. Hij pleit voor een nieuwe organisatie om buitenlandse dreigingen in kaart te brengen.
De organisatie moet een centraal orgaan worden dat permanent in de gaten houdt hoe de democratie ondermijnd wordt door buitenlandse krachten. De technieken die gebruikt worden in moderne oorlogsvoering, bijvoorbeeld nepnieuws, overstijgen zijn departement, zegt Rietdijk.
Nepnieuws
Een voorbeeld van de problemen is volgens Rietdijk de poging tot manipulatie van Nederlanders met valse berichtgeving over MH17 door Rusland. Daarnaast zou de Nederlandse Defensie-missie in Litouwen regelmatig te maken hebben met Russische hackpogingen.
Om nepnieuws het hoofd te bieden oppert Rietdijk onder meer een samenwerking tussen overheid en belangrijke media. Komt er nieuws naar buiten, dan zou de overheid kunnen zeggen in hoeverre het geverifieerd is. “Media kunnen dat bij hun berichtgeving plaatsen. Dan zouden we krachtiger staan tegen desinformatie”, aldus de generaal.
Rietdijk ziet de informatie-oorlog, met dus onder meer nepnieuws, als zeer bedreigend voor de democratie. Zo wordt het vertrouwen van burgers op de proef gesteld en de polarisatie aangewakkerd door valse berichten. De generaal stelt dat intergratie en de islam de meest kwetsbare onderwerpen zijn in onze samenleving.
Advies
Het voorstel van Rietdijk sluit aan bij het advies van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in mei. Daarin werd ook gepleit voor een nationale veiligheidsraad die het binnen- en buitenlandse veiligheids- en defensiebeleid bepaalt.