Steeds meer elektronicafabrikanten brengen hun smart-homeproducten op de markt. Gewoonweg gebeurt dat niet als eerste in Europa. Dat geldt ook voor LG, dat zijn nieuwste reeks producten voor onlangs presenteerde wel in Boedapest presenteerde, op het LG InnoFest 2016. Naast verbonden koelkasten en wasmachines, toonde het daar ook de SmartThinQ sensor: een button die je op verschillende ‘normale’ apparaten kunt plaatsen om ze slim te maken.
LG denkt dat smart homes en het Internet of Things ons leven de komende jaren steeds makkelijker gaan maken. De producten die het bedrijf daar nu voor ontwikkelt, zijn gebaseerd op drie standaarden die het bedrijf open platform, open communication en open connectivity. “Het is immers niet realistisch om te denken dat klanten alleen maar producten van LG gaan kopen”, zegt Harry Kim, president van LG Benelux.
De samenwerking tussen verschillende slimme apparaten is momenteel namelijk nog een groot pijnpunt voor veel consumenten. Eind vorig jaar presenteerde LG daarvoor al de SmartThinQ Hub, een apparaat dat je onmiddelijk doet denken aan de Amazon Echo. Deze cilindervormige hub van LG moet de plek zijn waarop slimme apparaten kunnen samenkomen. Daarop kunnen producten op verschillende manieren met elkaar communiceren, zoals WiFi, Bluetooth en ZigBee. De SmartThinQ Hub kan daarnaast ook geïntegreerd worden met Google Calendar en op het 3,5 inch scherm kun je notificaties en updates over het weer krijgen. Het idee is dat je daardoor niet voor elk apparaat een nieuwe app hoeft te installeren en door de samenwerking met de sensors zou je ook ‘domme’ apparaten door middel van het ding kunnen bedienen.
“In de markt van smart appliances is het momenteel nog te vroeg om conclusies te trekken”, zegt Jeroen Peeters, marketing manager bij LG Benelux. “Wel is duidelijk dat openheid en connectie of samenwerking met reeds bestaande producten key is om het echt succesvol te maken.”
Zuid-Korea als speeltuin
Over een aantal jaar wil LG dat al zijn producten slim zijn. Momenteel onderzoekt het bedrijf vooral wat werkt en wat niet werkt. Want ook LG erkent dat de smart home-markt op dit moment nog in ontwikkeling is. Het bedrijf brengt zijn producten doorgaans eerst in thuisland Zuid-Korea uit. “Daar onderzoeken we wat het draagvlak is. Het is een soort proeftuin”, zegt Kim.
“De eerste slimme producten zijn momenteel al in de Benelux op de markt”, zegt Peeters. “Als we het bijvoorbeeld hebben over SmartThinQ-oplossingen, die worden inderdaad eerst getest in Zuid-Korea. Er is daar op de R&D-campus zelfs een huis waarin mensen uitgenodigd worden om te komen leven met slimme producten.” Het bedrijf kijkt daar welke functies echt gebruikt worden en welke bijvoorbeeld niet van toepassing zijn. “Het gaat in die omgeving om producten die nog niet beschikbaar zijn. Het is een echte eerste test dus.”
“Na de Koreaanse markt brengen we producten als eerst naar de Verenigde Staten”, zegt Kim. “We merken dat Zuid-Koreanen eerder bereid zijn om nieuwe producten uit te proberen: het zijn de early adopters. De Verenigde Staten worden echt gebruikt om producten op grote schaal te gaan verkopen. Pas daarna is Europa aan de beurt. Hoe de markt hier gaat reageren, weten we nu nog niet echt. Dat willen we de komende tijd gaan onderzoeken.”
Europa
Het duurt waarschijnlijk dus nog wel even voordat Europa aan de beurt is. “De SmartThinQ-sensoren, zoals we deze zagen op InnoFest, komen rond deze tijd in Korea op de markt”, zegt Peeters. “De eerste terugkoppeling van consumenten daar verwachten we dan ook zeer snel. Deze feedback vanuit de Koreaanse consument wordt gebruikt om de producten te verbeteren en om toekomstige producten te ontwikkelen. Later dit jaar komen de SmartThinQ producten ook beschikbaar in de Verenigde Staten en Australië. In vergelijking met Europa worden deze twee markten ook mee als early adopters voor dit soort producten gezien. In Europa lijkt het toch iets trager te gaan.”
De productpresentaties geven ons een mooi inkijkje in de visie van het bedrijf en wat we later van het bedrijf kunnen verwachten. Desondanks zullen de meeste smart-homeproducten die het bedrijf tijdens InnoFest liet zien dus voorlopig niet hier op de markt komen. Een uitzondering daarop is de Hom-Bot Turbo+ zien, een robotstofzuiger die tegelijk ook als beveiligingscamera dient. Het ding bezit over drie camera’s en werkt in samenwerking met een app.
Daarmee is het mogelijk om het ding te besturen, maar de interessantste functie is de foto’s die je ontvangt als het ding bewegingen in je huis detecteert. Daarmee sla je twee vliegen in een klap. Ten minste, als het apparaat aanstaat. Volgens de fabrikant gaat accu de robotstofzuiger bij normaal gebruik zo’n 100 minuten mee. Deze robot is naar verwachting vanaf deze zomer beschikbaar in Nederland.