Kinderen weten tegenwoordig al snel hoe een smartphone, tablet of televisie werkt. Maar wat doet al die schermtijd eigenlijk met ze? De Amerikaanse National Institutes of Health (NIH) doen nu een groot onderzoek, waarbij het probeert te onthullen hoe de ontwikkeling van de hersenen beïnvloed worden door diverse dingen, meldt The New York Times.
Het gaat hierbij niet alleen om schermtijd, maar ook om de invloeden van drugs en alcohol, en hersenschuddingen. In totaal volgt de HIH 11.800 Amerikaanse kinderen om de effecten te onderzoeken.
Uit eerste data blijkt dat veel schermtijd bij sommige kinderen geassocieerd wordt met lagere scores op bepaalde proeven van bekwaamheid en snellere corticale uitdunning. Feit is echter wel dat dit pas eerste data is en het nog onduidelijk is of de effecten blijvend zijn en of ze überhaupt belangrijk zijn.
Variaties
Inmiddels zijn er al diverse onderzoeken geweest naar gewoontes rondom schermtijd en de gezondheid van jonge mensen. En uit vrijwel al die onderzoeken zijn verschillende resultaten gekomen. Sociale netwerken zorgen voor een grotere sociale cirkel, wat voor- en nadelen heeft. Een nadeel is bijvoorbeeld online pestgedrag.
Onderzoekers kwamen uiteindelijk tot de conclusie dat veel resultaten soms zelfs tegenstrijdig zijn. Dat geldt ook voor videogames: sommige onderzoeken vinden links tussen de spellen en agressief gedrag, anderen juist niet. Daardoor is tot nu toe onduidelijk of agressieve kinderen gewoon graag gamen, of dat ze agressief worden door het gamen.
Simpel gezegd weten we dus eigenlijk vrij weinig over de effecten van schermtijd. En we weten nog veel minder over of de invloed van schermtijd op de hersenenen van iemand die opgroeit blijvend is. Dat is wat de NIH wilt aantonen, door 11.800 Amerikaanse kinderen te volgen terwijl ze door de pubertijd gaan.
Vijf jaar
De kinderen worden al sinds 2013 gevolgd. Toen lag de focus met name op de effecten van het gebruik van drugs en alcohol. Ieder jaar worden er MRI-scans gemaakt van de hersenen om te zien of wijzigingen in het brein gelinkt zijn aan gedrag of gezondheid. Inmiddels is de studie groter geworden en richt het zich ook op schermtijd.
Nu hebben we dus een eerste glimp gekregen van de verwachte resultaten. Voor het onderzoek met schermtijd werden de hersenscans van ruim 4.500 kinderen geanalyseerd en gecorreleerd met de schermtijd van de kinderen en hun scores op taal- en denkoefeningen.
En opnieuw zijn er gemixte resultaten. Bij sommige zware schermgebruikers begon het corticaal op jongere leeftijd uit te dunnen dan verwacht. Maar die uitdunning is een normaal aspect van een brein dat volwassen wordt en wetenschappers hebben geen idee wat het verschil betekent. Sommige zware gebruiker scoorden verder laag op proeven van bekwaamheid, terwijl anderen het juist weer goed deden. Vooralsnog weten we dus nog vrij weinig.