Het Stemmingsbeeld van het ANP was de grootste journalistieke misstap van deze verkiezingen

Stemmingsbeeld ANP prognose NOS

Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen in 2012 duurde het tot diep in de nacht tot Mark Rutte zijn overwinningsspeech hield. De reden? In de exitpoll stond de partij op 41 zetels en de PvdA op 40. Een te klein verschil om op basis daarvan zeker te zijn de winst. Dat bleek aan de ene kant onterecht: de VVD won. Maar aan de andere kant totaal niet: de uitslag week namelijk wel degelijk flink af van de exitpoll, omdat de PvdA uiteindelijk slechts 38 zetels bleek te hebben behaald.

Gisteravond was het met de exitpoll direct duidelijk: de VVD was de grootste partij met 31 zetels, daarna volgden drie andere partijen met elke 19 zetels: CDA, D66 en de PVV. Maar voor veel andere partijen bracht de exitpoll onzekerheid met zich mee. Waar ze in de exitpoll net een zetel meer hadden of gelijk waren gebleven aan de huidige samenstelling van de Tweede Kamer, konden één of twee zetels verschil tussen de exitpoll en de daadwerkelijke uitslag een groot verschil maken.

En dat geldt ook voor de mogelijke coalities. Ron Fresen stond wel leuk met zijn tablet virtuele zetels in te vullen in de Tweede Kamer, maar omdat er moet worden gepuzzeld met 4 of zelfs 5 partijen brengt de exitpoll veel onzekerheid met zich mee. Het kan zomaar 5 zetels verschillen, waardoor een ruime meerderheid in de exitpoll in werkelijkheid niet bestaat.

Ongeduldig

Exitpolls zorgen voor verwarring. Journalisten grijpen er aan vast omdat ze dan iets hebben om over te praten terwijl de stemmen worden geteld. Ze voeren daarmee de druk op de partijen, want ze willen reacties. Reacties van partijen die een zetel winst hebben gehaald, maar misschien uiteindelijk gewoon gelijk zijn gebleven. Reacties van de grootste partij met wie ze eventueel willen formeren. Wachten op de uitslag is geen optie, dat duurt allemaal veel te lang en het volk wil de uitslag weten, zo redeneert de journalistiek.

Gelukkig is er vlak voor middernacht altijd een prognose. Op basis van de tot dan toe getelde stemmen kan over het algemeen een vrij nauwkeurig van de uitslag worden gegeven. Ook daar zit natuurlijk weer dat ongeduld van de journalistiek in: mensen naar bed sturen met het gevoel dat de uitslag zo goed als duidelijk is.

Gisteren kon dat niet, want er waren om 23:30 uur nog nauwelijks uitslagen binnen. Nog maar 10 procent van de stemmen was geteld. En dus kwam er een stemmingsbeeld in plaats van een prognose. Niemand die snapte wat dat was, het werd ook totaal niet uitgelegd. Het was een beeld van de stemming. Oké…

Het stemmingsbeeld week maar liefst 16 zetels (!) af van de exitpoll en 14 zetels van de voorlopige einduitslag (er wordt op het moment van schrijven nog steeds geteld). Het stemmingsbeeld was daarmee het meest misleidende wat we ooit in de Nederland hebben gezien op de uitslagenavond. Het CDA stond daarin op 25 zetels, terwijl het er in de exitpoll en de voorlopige uitslag 19 zijn. Een bizar verschil, dat maar één ding betekent: deze cijfers hadden nooit op deze manier gedeeld moeten worden.

De belofte dat er om half 12 een prognose moest komen, de druk van de journalistiek om maar iets van een uitslag te kunnen berichten, dat leverde deze bizarre cijfers op. Dat de uiteindelijke uitslag een zeteltje afwijkt van de prognose is acceptabel, maar in totaal 14 zetels, waarvan 6 bij één partij… Dat is simpelweg onacceptabel. Daarmee zaai je onnodig verwarring.

De exitpoll was in dat opzicht al een stuk betrouwbaarder, blijkt achteraf. Die lijkt er uiteindelijk 6 zetels naast te zitten. De VVD heeft nog 2 zetels meer gekregen dan gisteravond om 21:00 uur gedacht; GroenLinks juist 2 minder. Ook bij de vorige verkiezingen zat peiler Ipsos er 6 zetels naast bij de exitpoll met 2 zetels als grootste verschil bij één partij.

De grote vraag is: is dat verschil wel acceptabel? Is het de onzekerheid waard om meteen na het sluiten van de stembureaus iets te roepen? Met de Brexit en de Amerikaanse presidentsverkiezingen hebben we gezien dat zo’n exitpoll er faliekant naast kan zitten. Daar zagen we dat wat zwart is nog wit kan worden of andersom.

Hier bij ons valt de schade mee, maar we desondanks blijkt dat een exitpoll er zomaar 2 zetels bij een partij naast kan zitten. Desondanks geven partijen massaal reacties en speeches op basis van deze cijfers en hebben ze hijgende journalisten in hun nek die willen weten “met wie ze in een kabinet willen”.

Waar al steeds meer een discussie ontstaat over peilingen, is het misschien ook eens tijd om de discussie aan te gaan over exitpolls, prognoses en stemmingsbeelden. Misschien moeten wij (en vooral de journalistiek in Nederland) eens wat geduldiger worden. Waarom wachten we niet tot de stemmen zijn geteld en iedereen kan reageren op de echte uitslag? We hebben nu een jaar of vier (of misschien iets minder) om over die vraag na te gaan denken.