Hoe is het om nu al als cyborg te leven?

Wim Kopinga

De opkomst van cyborgs klinkt futuristisch, maar ze bestaan vandaag al. De eerste officieel erkende cyborg is er zelfs al sinds 2004.

Neil Harbisson is ’s werelds eerste door een overheid erkende cyborg — een cybernetic organism, een levend wezen waar mechanische elementen aan toegevoegd zijn. Hij is geboren met anchromatopsia, een zeldzame afwijking waardoor hij volledig kleurenblind is. Toch wilde hij de kleur die de meeste mensen zien in zich opnemen. Daarom bouwde hij in 2004 samen met een vriend een soort antenne, die aan de achterkant van zijn schedel het hoofd in gaat. Die antenne neemt kleur waar die vervolgens door interne trillingen in zijn hoofd een toonsoort laten horen. Elke kleur heeft zijn eigen toon. Hierdoor ‘hoort’ hij als het ware de kleur om zich heen.

Sinds de installatie in 2004 werd hij door de Britse overheid erkend als de eerste officiële cyborg wereldwijd, maar hij hecht daar weinig waarde aan. Er bestaan volgens Harbisson geen ‘echte’ cyborgs. “Als je je identificeert als cyborg, dan ben je er een. Je kunt je ook identificeren als cyborg zonder technologie in je lichaam. Sommige mensen hebben het lichaam van een cyborg, maar identificeren zich niet als één van hen.” Hij geeft technologie in het lichaam bij een medische conditie als voorbeeld. “Die mensen hebben dan wel technologie in hun lijf, maar dat was niet hun doel.” 

Hoe reageren mensen op de antenne boven je hoofd?

“Dat ligt er aan waar ik ben en in welk jaar. In 2004 dachten mensen dat het een hoofdlampje was, en vroegen ze me om hem aan te zetten. In 2005 dachten ze dat het een microfoon was, in 2007 een handsfree telefoon en in 2009 een soort GoPro. In 2012 werd het een Google Glass — het blijft evolueren.”

En tegenwoordig?

“Ze noemen me nu vaak Pokémon, dat roepen ze me na op straat — maar ik weet precies hoe dat komt. Laatst vroeg een oudere man in Italië ook of het een machine was om cappuccino mee te maken.”

Zijn er in het huidige tijdperk veel vooroordelen over cyborgs?

In de 20e eeuw had technologie nog een negatieve lading. “Wie in de 20e eeuw opgegroeid is, deed dat binnen een cultuur die negatief was over de band met technologie. Het werd gezien als gevaarlijk, ongezond en onnatuurlijk. Als die gedachten in je hoofd zitten is het moeilijk om die weg te halen, maar jongere generaties hebben hier geen last van. Ze zien de vereniging tussen mens en technologie niet als negatief of als pessimistisch.”

Die reacties veranderen dus door de tijd heen behoorlijk. Hoe zullen mensen in de komende decennia hier naar kijken?

“Dat gaat zeker veranderen. Mensen in de jaren ’20 zullen denken dat het letterlijk een antenne is, of ze zullen het op den duur daadwerkelijk erkennen als nieuw zintuigelijk orgaan. Doordat er meer mensen met toegevoegde organen komen zal het bekender en normaler worden. Er zullen meer mensen met dit soort toevoegingen komen, waardoor het normaler wordt om iemand naar zijn zintuigen te vragen. Je vraagt dan niet alleen: ‘wat voor talen spreek je?’, of ‘wat heb je gestudeerd?’, maar ook ‘wat voor zintuigen heb jij?’”

Hoe zal die verandering verlopen? Nu hebben nog weinig mensen een zichtbare verandering aan hun hoofd.

“Nu is iedereen gefocust op AI [artificial intelligence], maar er komt een tijd dat mensen op AS zullen focussen. Dan hebben we het over artificial senses. Die maken ook gebruik van intelligence, maar die intelligentie is dan je eigen brein.”

“Bij de opkomst van AS zal er een verschil zijn tussen een wearable en een implantaat — eerst wordt er gepiercet en later onder de huid geplaatst. Maar dat zal niet opeens zo zijn, dat evolueert langzaam. Hetzelfde gold voor de tatoeage. Een paar decennia geleden was het niet normaal om tatoeages permanent op je arm te hebben, maar het is eigenlijker makkelijker om een chip te verwijderen dan een tatoeage. Mensen zullen het daarom in de toekomst geen probleem vinden om een chip in hun lichaam te plaatsen.”

Wat is voor jou het leukst aan het zijn van een cyborg?

Voor mij is ouder worden juist positief omdat ik de technologie kan upgraden. In mijn geval is het ouder worden een positief iets. Eerder was het zo dat hoe ouder ik werd, hoe sneller de kracht van mijn zintuigen afnamen. Maar as je technologie bent, is het tegenovergestelde waar. Een deel van mij is nu technologie, en naarmate ik ouder word kan ik dat deel upgraden.

Je noemde al de focus op AI die er gaande is. Elon Musk is bijvoorbeeld Neuralink begonnen, een startup waarmee hij computers met kunstmatige intelligentie aan onze hersenen wil verbinden om ons slimmer te maken. Als je vertelt dat je een cyborg bent, gaan mensen er dan vanuit dat je ook zo’n computer hebt?

“Het is heel verschillend, en mensen hebben dat vaak niet door omdat ze AS niet kennen. Toen ik in 2004 deze antenne maakte met een vriend, had ik voor AI kunnen kiezen. Het had me letterlijk de kleur kunnen vertellen: dat is groen, bruin zwart etc. Dan wist ik automatisch wat de kleur was door AI, maar de intelligentie zou in de machine zitten en niet in mijn brein. Dat wilde ik niet. Ik wilde dat mijn brein vertelde wat de kleur was. Ik wilde dat zintuig, en niet de intelligentie. Ik denk dat meer mensen die benadering naar technologie zullen volgen. Sommige mensen willen dat de machines voor hen werken, en anderen niet.”

En jij wilt geen machine worden, maar met de machine samenwerken?

“Precies. Een cyborg is een samenwerking tussen mens en machine. Het is een cybernetic organism. Dat betekent dat je beide nodig hebt, anders is het onmogelijk. De mens is en blijft cruciaal.”